In memoriam A.L. Snijders 1937 – 2021

Door Ingrid van der Graaf

A.L. Snijders, pseudoniem van Peter Cornelis Müller, werd in 1937 geboren in Amsterdam. In 1971 trok hij met zijn vrouw Yvonne Sweering, waarmee hij 52 jaar samen was, en vijf jonge kinderen naar een boerderij in Klein Dochteren waar hij het boerenleven omarmde. Eenmaal daar begon hij brieven te schrijven naar vrienden en familie in het land. Vanaf de jaren tachtig schreef hij columns voor verschillende kranten, waaronder het Parool, Deventer Dagblad, Dagblad van het Noorden en later de VPRO Gids. Vanaf 2000 begon Snijders korte stukjes te schrijven, de zogeheten zkv’s. Deze verzond hij in eerste instantie per mail naar zijn kinderen en vrienden, aan uitgeven dacht hij niet. Hij ging er ook wel prat op dat hij lange tijd de enige schrijver was die niet werd uitgegeven. Toen ik Peter Müller in 2019 interviewde, vertelde hij een anekdote ‘die waar is’, zo hij zei.

‘Ik heb in mijn leven nooit iets opgestuurd naar een uitgever of tijdschrift om mezelf aan te bieden. Alles wat er gebeurde ging via via, het breidde zich vanzelf uit.’ 

De columns uit kranten en de begeleidende brieven die Snijders aan de redacteur van de krant schreef, werden in de jaren negentig gebundeld door Thomas Rap en uitgegeven in vier boeken. 

Snijders is altijd een deadlineschrijver geweest, op verzoek van Ineke Swanenveld, sinds 2019 zijn vrouw, kwam daar verandering in. Zo lukte het Snijders om niet op zaterdagavond pas een punt achter zijn radiocolumn voor de zondagochtend te zetten, maar het stukje vaak op vrijdagmiddag al te schrijven. Of deze verandering in werkwijze in de toon en aard van zijn zkv’s te onderscheiden is, zou een onderzoek waard zijn. Ooit was zijn beeld van een ideale zkv, een verzonnen verhaal zo te schrijven, ‘dat niemand er bij stilstaat of het werkelijkheid is of niet’.

 Mijn eerste herinnering aan het bestaan van columnist A.L. Snijders gaat terug naar begin jaren tachtig, tijdens een literaire middag in de schouwburg van Apeldoorn, Orpheus. Ik was er met een oudere vriendin die daar zou voorlezen. Snijders naam klonk in de wandelgangen, daar was iets mee, eigenzinnige onbegrijpelijkheid klonk er. Ik herinner me vooral de lange benen, de uitbundige gezichtsbeharing en toegeknepen ogen, alsof er een vlieg uit geweerd moest worden. We waren te laat om hem te horen voorlezen, er was iets ongekends aan mij voorbij gegaan.
Er is geen schrijver die zo onbegrijpelijk kon schrijven als A.L. Snijders, maar ook zo aanwezig was in elk zkv dat hij schreef dat hij op den duur een open boek was voor wie er oog voor had. Onbegrijpelijk schrijven was een uitdaging voor Snijders. In een interview vertelde hij dat hij nog verder probeerde te gaan met het zkv, het nog onbegrijpelijker wilde schrijven. Al was het niet de bedoeling helemaal onbegrijpelijk te schrijven: ‘Als er in een stukje maar één dingetje raar is, dan is het een zkv, die afkorting die een eigen leven is gaan leiden.’

Snijders schreef een kleine drieduizend zkv’s waarvan er in 2006 door AFdH uitgevers de eerste 336 werden gebundeld met de titel, Belangrijk is dat ik niet aan lezers denk. Er zouden er nog elf volgen, waarvan de laatste, Tat Tvam Asi in april van dit jaar verscheen.

Al had Snijders de frequentie van zijn zkv’s de laatste tijd wat geminderd om meer tijd met zijn vrouw door te kunnen brengen, was stoppen met schrijven geen optie. Zelfs als hij niet meer zou worden uitgegeven zou hij blijven schrijven. En dat deed hij, tot vorige week maandag, 7 juni, toen werd hij door een hartstilstand getroffen. Hij werd gevonden in zijn werkkamer waar hij aan een nieuw zkv werkte, voorover liggend op zijn toetsenbord. Toen het bericht van zijn dood wereldkundig werd gemaakt, ging er een schok door de liefhebbers van zijn zkv’s en de vele abonnees van de zogenaamde Graslijst die elke zondagochtend, na het voorlezen van een nieuw zkv, om 8.45 uur op radio 4, diezelfde zkv in hun mailbox vonden. 

Zondagmorgen, 13 juni verzond AFdH uitgevers dit zkv in wording naar de abonnees van de Graslijst. Een stukje tekst waarvan zomaar gezegd kan worden dat het een puntgaaf zkv is. Want, zoals Snijders zei, als er maar één dingetje raar in zit, is het een zkv.

Rotspunt
‘In de boekenweek ben ik op bezoek geweest in Zutphen t/m Nijmegen.

Ik las voor in een boekhandel. Na afloop kwam er een oude man op me af die verklaarde dat ik niet bestond. Ik vroeg hem wie ik dan was. Dat kon hij me niet vertellen, dat was zijn zaak niet. Ik vroeg hem wat zijn zaak dan was, maar daar had hij geen antwoord op. Ik vertelde hem dat er in de Middellandse Zee (de zee van Homerus) een rotspunt naar mij vernoemd is, Cape Snijders.’ 

 

 

Bron: Meer dan een bibliografie, A.L. Snijders / Marius Zeven
Foto: Paul van Puffelen (2021)

 

Om Literair Nederland draaiende te houden, zijn wij afhankelijk van vrijwillige bijdragen. U kunt ons steunen via de rode knop. Waarvoor onze hartelijke dank!

Recent

Literair Nederland - 10 jaar geleden

10 juni 2013

Sprookjesachtige bundel tragische lotgevallen
Recensie door Adri Altink

Recensie door Adri Altink 

De wonderlijkste geschiedenis in de debuutbundel van Kerim Göçmen is het titelverhaal. De verteller daarin noemt zichzelf ‘bij gebrek aan een betere benaming een kwelgeest’. Hij is dat geworden na een ‘fatale gebeurtenis’ die hem als baby trof.

Dit delen: