De Amerikaanse uitvinder John W. Wyatt vond de plastic biljartbal uit: ‘Na lang experimenteren in zijn huis kwam daar een deegachtig goedje uit wat erg leek op ivoor. De broer van John, Isaiah, kwam met een hippe naam: celluloid. Rara, waar had deze slimmerik de naam vandaan gehaald? Je kunt wel raden wie de winnaar van de materialenwedstrijd was: die 10.000 dollar was voor John Wesley Hyatt!’
Het is één van de talrijke anekdotes in Tot over mijn oren in het plastic (in de biljartbal zit voor een groot deel plastic) van Daniël Poolen en Merel Corduwener. Maar het citaat laat zien hoe soepel van taal de uitleg is over een complexe materie als plastic. Er komen nogal wat begrippen bij kijken die een heldere uitleg vergen. Allerlei termen vliegen je om de oren, maar ze worden allemaal kernachtig verklaard in voor kinderen begrijpelijke taal én uitspraak. Dat is des te opvallender omdat de auteur geen kinderboekenschrijver is.
Lees verder op Jong Literair Nederland