In het portiek van het verzekeringsgebouw waar ik langs loop, hurkt een donkere gestalte. Naast hem liggen een plunjezak en een grote tas. Ik stel mijn ogen op scherp en net als ik heb vastgesteld dat het een dakloze moet zijn, roept de man: ‘Mevrouw, mevrouw, mag ik u iets vragen?’ Het is al aan het schemeren en over een kwartiertje vertrekt mijn trein.
M. Vasalis
Suikerfeest

Ik zag haar op het station, leunend tegen de muur van het gebouw: een heel oude vrouw, gekleed in de traditionele bonte klederdracht van de noordelijke stammen in Marokko. Ze was blijkbaar net aangekomen en stond te wachten totdat iemand haar kwam halen;
Eerbied voor het gewone

Een vriendin vertelde me onlangs over een uitstapje met een stel vrijwilligers. Het was een klein groepje geweest, wat iemand de volgende reactie ontlokte: ‘Jullie waren dus de elite.’ Waarop zij antwoordde dat juist degenen die thuis waren gebleven dat geweest waren en zich – begreep ik – verongelijkt hadden getoond dat ze ‘van niets wisten.’ Twee interessante visies op wat ‘elite’ inhoudt: de mensen in een bevoorrechte positie, die mee waren geweest met het uitje, of juist degenen die boos zijn dat hun een privilege door de neus is geboord.