Eindelijk is er dan een biografie over Johnny van Doorn (1944 – 1991). Hoe men ook over hem moge denken, dat hij een unieke plaats inneemt in de Nederlandse literatuur staat buiten kijf. De titel verwijst naar een libretto, dat zelden werd opgevoerd maar door Van Doorn van tekst werd voorzien.
Opgegroeid in een burgerlijk milieu in Arnhem in de vroege jaren vijftig ontworstelt hij zich aan school, wordt afgekeurd voor militaire dienst, ontloopt een eventuele baantjescarrière en kiest voor een vlucht naar voren. Hij treedt op in cafés waar hij vooral vuurwerk nadoet en onsamenhangende teksten scandeert, waarbij hij zichzelf in trance brengt. Uiteindelijk settelt hij zich in Amsterdam in een afbraakpand. Vanuit deze wankele veste presenteert hij zich als Johnny the Selfkicker. In 1966 treedt hij op uitnodiging van Simon Vinkenoog, op tijdens het roemruchte ‘Poëzie in Carré’. Hier valt hij direct op door een onorthodox optreden met veel verbaal en non verbaal lawaai. In het boek dat na deze manifestatie wordt uitgegeven, is Van Doorn degene die het meest gerecenseerd wordt door de verzamelde pers. Men weet niet goed raad met deze woordbarbaar.
Het Algemeen Dagblad meldt: ‘Toen verscheen Johnny the Selfkicker, die in het begin nogal tam van wal stak met een gedicht waarin de paringsdaad met nadrukkelijke realiteit werd beschreven maar tenslotte in zijn bizarre kreten losbarstte , waarop het publiek wisselend reageerde. Eerst proestte de zaal van pret, daarna klapten de aanwezigen van enthousiasme en tenslotte brulde de menigte van afkeer om Johnny’s openhartigheid. Het was in ieder geval een boeiende afsluiting vóór de pauze.’
Zonder het te beseffen is hij plotseling een ‘performing poet’ geworden. Iemand die de kreet verkiest boven het dulle papier. Uitgeverijen Meulenhoff en De Bezige Bij bieden hem echter wel degelijk contracten aan en dat leidt tot de uitgave van zijn eerste bundel Een nieuwe mongool (1966) gevolgd door Een heilige huichelaar (1968).
Het is de tijd van de provohappenings rond het Lieverdje in Amsterdam. Rookmagiër Robert Jasper Grootveld ontvouwt zijn theorie rond de mythische figuur Klaas. En Johnny van Doorn doet zijn duit in het zakje door overal en nergens te declameren ‘dat men eindelijk maar eens klaar zou moeten komen.’ Gevolgd door zijn soundrepeteergeweer: ‘Een magistrale stralende zon’. Uw recensent mocht een aantal malen getuige zijn van optredens van Van Doorn en vooral de wilde, allesoverspoelende energie en de herhalingen werkten op de lachspieren en wekten bewondering. Ook in het dagelijks leven schrikt Johnny er niet voor terug zijn knallende geluidseffecten overal (tram, bus, café) ten beste te geven. Vaak tot verbazing van het gehoor.
Hij drinkt in deze hashdoorrookte dagen liever veel alcohol en dat zal zijn hele leven zo blijven. Was hij alcoholist? Hij trouwt met de danseres Yvonne en ze krijgen een zoon, Sindbad Bruce. Bruce naar de Amerikaanse cabaretier Lenny Bruce. Johnny wordt (terecht) moe van het optreden in rokerige studentenzaaltjes en besluit zich meer te gaan concentreren op proza. Via Hans Sleutelaar krijgt hij een column aangeboden bij de Haagse Post. Uiteindelijk worden zijn verhalen gebundeld in Mijn kleine hersentjes (1972). Het boek wordt lauw ontvangen maar na een tv-optreden verkoopt het redelijk. De Bezige Bij is in haar nopjes.
De VPRO toont belangstelling voor Van Doorn en Wim Noordhoek en Peter Flik maken mooie programma’s met Johnny als middelpunt. Zijn causerieën voor de VPRO-radio worden later gebundeld in de cyclus Gevecht tegen het zuur. (Zijn drankzucht veroorzaakt regelmatig – vooral ’s ochtends – overtollig maagzuur.)
Inmiddels is Van Doorn met vrouw en kind in het troosteloze Amsterdam Noord neergestreken, waar hij koortsachtig aan het schrijven is geslagen. Zijn optredens doet hij nu voor veel geld met steeds meer tegenzin. Hij heeft zelfs een grijs pak aangeschaft. Zijn oude kompanen Hans Verhagen en Cor Vaandrager zien dat met lede ogen aan.
Door Armando en Cherry Duyns wordt hij in Herenleed gevraagd, een toneelachtige absurdistische voorstelling die spoedig een cultstatus zal krijgen, mede door de vreemde rol, die Van Doorn erin vertolkt. Hij speelt o.a. kabouter, moeder en bediende. Er volgt een heuse tournee door Duitsland onder de titel Herrenleid. Een boek met foto’s van de voorstellingen is in drie dagen uitverkocht. Johnny van Doorn wordt gevraagd voor een reclame voor het zoutje Nibb-it. Later zou Jules Deelder hem volgen en reclame maken voor Legner jenever (‘Waar Deelder, dáár Legner’).
Moegestreden wordt hij tenslotte in het ziekenhuis opgenomen. Maar hij is te laat, de kanker is ongeneeslijk en hij sterft.
Nico Keuning heeft veel mensen geïnterviewd uit de grote kring rond Van Doorn. Hij portretteerde eerder Jan Arends en Bob den Uyl en het beeld dat hij van Johnny van Doorn schetst is helder. Over een fenomeen in de jaren zestig, een bekende in de jaren zeventig en een moegestreden afvallige in de jaren tachtig. Jammer dat er geen Selfkickers meer zijn.
Oorlog en pap. Het bezeten leven van Johnny van Doorn.
Auteur: Nico Keuning
Blz: 262
Uitgever: De Bezige Bij
Prijs: €24,90
Bijzonderheid: met cd en het niet eerder gepubliceerde libretto Oorlog en pap.