Martijn Jas – Mooie vrienden

Coming of age van een laatbloeier

Recensie door Eric de Rooij

Naar vriendschap zulk een mateloos verlangen. Wie kent deze beroemde dichtregel van Jacob Israël de Haan uit 1917 niet? In Mooie vrienden, de debuutroman van Martijn Jas (1966), hoor je de echo terug van ditzelfde verlangen, het verlangen naar echte – misschien wel levensloopbestendige – vriendschap. Het boek verscheen afgelopen winter bij uitgeverij Kapstok. Het is ook de eersteling voor deze uitgeverij. Dat is niet vreemd, want Jas is, in navolging van auteurs als Paulien Cornelisse, met zijn roman ook een eigen uitgeverij gestart. Jas en Kapstok, een geestige combinatie. Het tekent ook de sfeer en de stijl van Mooie vrienden: lichtvoetig, ironisch en persoonlijk – Jas’ debuut raakt aan de eigen ervaringen van de auteur.

Staande houden

Centraal staat Tobias Buut, student aan de School voor Journalistiek. Buut is een laatbloeier. Een homo in de kast. Liefhebber van de muziek van Loyd Cole. Als hij op zijn 28e verjaardag zijn leven een cijfer geeft, scoren geluk en liefde een drie en seks een nul. Piekeren krijgt een tien en vrienden een negen. Ja, vrienden – Hidde, Wolf en Ruben – zijn belangrijk voor hem. Eigenlijk draait het leven van Tobias om vriendschap. Vriendschap zonder seks. Masturberen doet hij niet. Libido weet hij niet te spellen. Of hij homo is, weet hij ook niet zeker. Zijn heterovriend Hidde bevraagt hem er geregeld over, is ervan overtuigd dat Tobias homoseksueel is, terwijl Tobias alles ontkent, zijn geaardheid vaag houdt, het vooral niet weet – of niet wil weten. Grappen, cynisme, wisecracks, dat zijn de wapens waarmee Tobias zich staande houdt in het leven, waarmee hij de mensen in zijn omgeving vermaakt, maar ook de mensen van zich afhoudt. Om aan alle onduidelijkheid een einde te maken, krijgt Tobias van Hidde een zogenaamde ‘hoerentegoedbon’ voor zijn verjaardag. Het is één van de meest komische en tragische hoofdstukken van Mooie vrienden.  Voor het eerst krijgt Tobias’ grappenmakerij barstjes, wordt het iets zieligs als hij uiteindelijk in het kamertje van Aisha terecht is gekomen. Wat eens een reddingsboei in het leven was (zijn humor), wordt langzamerhand een strop om zijn nek. Dat even later de vriendschap met Hidde verzuurt begrijpt de lezer wel, maar blijft voor Tobias een raadsel.

Ontdekkingstocht

Zijn vriendschappen met Wolf en Ruben verlopen geheel anders. Uit de proloog weet de lezer al dat Wolf zelfmoord pleegt. Wolf is een weinig verdienstelijk dichter, lid van de dichtersclub Eb en Vloed, en Tobias interviewt hem bij een poëziebijeenkomst in het Utrechtse Louis Hartlooper Complex. Tussen de twee jongens is het heel gezellig tot Wolf, in string, Tobias probeert te verleiden. Zonder iets te zeggen neemt Tobias de benen. Ook de vriendschap met Ruben wordt gecompliceerd. In zijn ontdekkingstocht naar zichzelf bezoekt Tobias een psychotherapeut en ontvangt hij thuis een mannelijke escort. Het wordt duidelijk dat hij toch meer voor mannen voelt en dat vertelt hij familie en zijn vrienden van de voetbalvereniging. Eigenlijk verloopt deze coming out zonder veel moeilijkheden en doet het een beetje denken aan de televisieprogramma’s van Arie Boomsma waarin jongeren uit de kast komen. Er is een kleine schok, maar de familie blijft van Tobias houden.

Gay Parade

Familie en vriendschap blijven de boeien waarop zijn leven drijft. Het liefst leidt Tobias een gewoon leven, zonder zich al te veel onder te dompelen in een gay subcultuur. Tobias heeft niets met darkrooms en andere grootstedelijke uitingen binnen de homowereld. Wanneer hij voor AT5 verslag moet doen van de jaarlijkse Gay Parade, is hij daar weinig gelukkig mee: ‘Als ik goed rondkijk zijn de homo’s vandaag in de meerderheid. Ik moet er niet aan denken dat het elke dag zo is. Al dat extravagante, vrolijke, ordinaire gedoe leidt tot niets. “We moeten werken in de hel,” zeg ik tegen de cameraman die zijn accubelt controleert. “Heb je genoeg bandjes?”’

Tobias is meer op zijn gemak bij mannen, ‘gewone’ mannen. ‘Je hoeft alleen maar de doelpunten op te nemen,’ zeggen hij en Hidde tegen dezelfde cameraman als ze een voetbalwedstrijd bezoeken. Later roept Tobias nog een keer heel hard ‘hands!’ bij een handbalwedstrijd. Leuke grappen en het zou niet verbazen als Martijn Jas die zelf in zijn dagelijks leven ook maakt en nu onder zijn alter ego Tobias Buut nogmaals gebruikt. Het gevaar van pedanterie dreigt daardoor zo nu en dan. Net als Jas werkt Tobias in de televisiewereld. Enkele bekende Nederlanders krijgen nog een sneer. In ‘Driftkikker’ herkent de oplettende lezer Paul de Leeuw en Hans Kesting in de ‘Toneelspeler’.

Het eigen lichaam

Mooie vrienden is vermakelijk en met een vlotte pen geschreven. Het is persoonlijk, neigend naar zelfanalyse – zonder dat het al te zeer navelstaarderij wordt.  De herinneringen aan een schoolarts geven het verhaal de diepte die het nodig heeft. Deze schoolarts stelde de diagnose dat de kleine Tobias in een meisjeslichaam zat, een jongen was met heupen en dijen van een meisje. Deze observatie sloot ze af met de opmerking ‘Ach, ze kunnen niet allemaal mama’s mooiste zijn. Hij is vast lief.’ Woorden die Tobias een heel leven zijn bijgebleven en ook bepalend zijn geweest voor hoe hij zich tot zijn eigen lichaam ging verhouden en tot mannenlichamen. Als volwassene zoekt hij de schoolarts weer op, de vrouw verblijft in een tehuis en is dementerend, het resulteert in een sterk en ontroerend hoofdstuk.

‘Coming of age’

Voortdurend doet Martijn Jas zijn best om het verhaal onderhoudend en luchtig te houden. Zijn televisiewerk zal hem bij het schrijven van dit boek vast geholpen hebben. Er is veel afwisseling, al is niet alles even sterk. Vooral het hoofdstuk Zelfinterview had flink ingekort mogen worden. Tobias is een dertiger die in het leven een kinderlijke naïviteit heeft behouden. Een romandebuut kortom, over de coming of age van een laatbloeier, met een verrassend happy end.

 

 

Omslag Mooie vrienden - Martijn Jas
Mooie vrienden
Martijn Jas
Verschenen bij: Uitgeverij Kapstok (2021)
ISBN: 9789077325216
224 pagina's
Prijs: € 20,00

Om Literair Nederland draaiende te houden, zijn wij afhankelijk van vrijwillige bijdragen. U kunt ons steunen via de rode knop. Waarvoor onze hartelijke dank!

Meer van Eric de Rooij:

Recent

25 mei 2023

Naarstig zoeken naar zoete nostalgie

Over 'Arkadia' van Sipko Melissen
24 mei 2023

Had je deze al?

Over 'De postzegelverzamelaar' van Arjen Duinker
23 mei 2023

Op drift geraakt

Over 'is daar iemand' van Micha Hamel
22 mei 2023

De kracht van de traditie

Over 'De exodus van Hendrik Peter Scholte naar Pella ' van Michiel van Diggelen
20 mei 2023

Het is niet altijd leuk om een prins te zijn

Over 'Prins zoekt prins' van Tiny Fisscher

Verwant