Het thema van veel gedichten uit het debuut van Maartje Smits is het opgroeien van een meisje naar jonge vrouw die daar eigenlijk nog niet aan toe is. Smits heeft regelmatig gepubliceerd in verschillende tijdschriften als De Gids, hard//hoofd en de Poëziekrant. Naast poëzie schrijft ze prozateksten en essays en heeft ze een website waarop filmpjes staan die ze ‘in beeld gevangen gedichten’ noemt. Ze is een onderzoekende dichter, nieuwsgierig en ongeremd en noemt zichzelf ‘een schrijvende detective’.
Speelse gedichten
Haar gedichten in deze bundel zijn speels als een jong meisje en vliegen alle kanten op; de dichter springt en associeert. Door het creatieve gebruik van het enjambement word je als lezer vaak op het verkeerde been gezet, lees je weer terug dan ontdek je meerdere lagen. Smits loopt tegen de grote-mensen-wereld op: ‘je moet zo lang mogelijk een meisje zijn//maar een meisje mag nooit te laat komen’. En in het gedicht Een moeder een meisje probeert ze zich los te maken van huis en moeder:
een meisje klampt
een moeder weert
een meisje krimpt
een moeder scheert
een meisje
Haar taalgebruik is modern: social media-taal (‘een uitzicht refresht’), evenals woorden en uitdrukkingen uit het Engels, Duits en Frans (ik möchte een vrouwship//zijn shallow schouwdek weze//een beetje bitse lust objection). Ze noemt de dingen bij hun naam. Soms doet dat geforceerd aan en kun je je afvragen wat daar de meerwaarde van is. Vaak werkt het vervreemdend en wordt er een betekenis aan een regel of een gedicht toegevoegd:
met dikke dije
dikes off all men deck
deilig zandspuiters dijen die
alles af teren teder gegen
genegenheid halten
Ook humor ontbreekt niet: je kijkt er gemakkelijk overheen, maar ontdekt uiteindelijk waar het om gaat:
een animatieteam
overstemt het sissen van boven
benen op plastic grilplaten
Er is een prachtig gedicht over een eetprobleem waarin ze het fantastische woord ‘uitslikken’ gebruikt voor braken. En ook: ’theelepeltjes wekken de illusie dat je meer kunt eten’.
Met name in de gedichten waarin ze seksueel ontwaakt, wordt nogal eens straattaal gebruikt. Daar het de taal van meisjes is, krijgt het meerwaarde en is het passend.
In de hele bundel worden, behalve in titels, namen of Duitse zelfstandig naamwoorden, geen hoofdletters gebruikt. Op één uitzondering na: in het gedicht Zondagsgebied ‘recreatie geeft richting maar moet wel doelloos blijven’ wordt U met een hoofdletter geschreven. Aan wie refereert ze? Het lijkt aan haar vader, maar het kan net zo goed een opperwezen zijn, of de natuur of het grote geheel dat haar aanstuurt en alle kanten opstuurt.
Overtuigende poëzie
Haar gedichten hebben een mooi ritme, fijn om voor te dragen. Dat kun je als lezer gemakkelijk ontdekken door ze hardop te lezen. Wanneer je ze hardop voorleest, valt op dat het ritme soms verstoort wordt, ook hier weer net zoals bij het gebruik van enjambement, om je op het verkeerde been te zetten of je weer even bij de les te brengen. Ze doet dat bijvoorbeeld door in twee kolommen een soort dialoog met zichzelf aan te gaan of door opmerkingen tussen haakjes te plaatsen. De gedichten kun je daarmee op verschillende manieren lezen en interpreteren.
je kieuwvliezen verliezen
aan een pingpongbal een potje
dertien zijn stuurloos scheuren
screwen
scrol
het antwoord vorderen scrol
in de zoekgeschiedenis scrol
van je vader
de website vinden
een pagina met een dozijn platte
mensen
Smits vliegt als een jong meisje alle kanten op. Deze bundel is behalve een humoristische en een overtuigende bundel ook een soort gebruiksaanwijzing, en niet alleen voor meisjes: meisjes leren hoe vrouwen en vrouwen hoe meisjes en mannen hoe meisjes en vrouwen (soms) in elkaar zitten.
Haar gedichten overtuigen door de thematiek, haar humor en de beelden (schaamschennis). Het is zeer leesbare poëzie en ook geschikt voor een wat jonger publiek.