Welke opties zijn er als je persoonlijke idealen niet stroken met die van de maatschappij waarin je leeft? Je kan koppig vasthouden aan je eigen principes, rebelleren en de boel op stelten zetten à la Greta Thunberg. Of je kan je kop in het zand steken, je ziel verkopen en je overleveren aan de maatschappij in de hoop dat het wat oplevert. Beide principes zijn beproefde strategieën doorheen de wereldgeschiedenis, maar weinig worden zo accuraat weergegeven als in Mefisto van Klaus Mann. Deze controversiële maar belangrijke roman dateert van 1936, maar onlangs gaf uitgeverij Schokland het werk opnieuw uit als achttiende deel in zijn reeks Kritische Klassieken.
Een van de belangrijkste schrijversfamilies uit het interbellum is ongetwijfeld de familie Mann. Buddenbrooks van nobelprijswinnaar Thomas Mann wordt nog altijd beschouwd als een klassieker die iedereen gelezen moet hebben, maar ook diens broer Heinrich Mann was een niet onbegenadigd schrijver. Zoon Klaus Mann is minder gekend, maar niet minder belangrijk. Hij groeide op als overtuigd liberaal en democraat, verkende Europa en de wereld en schreef openlijk over zijn homoseksualiteit. Maar toen de nazi’s in 1933 aan de macht kwamen in Duitsland was er voor hem nog weinig om optimistisch over te zijn. Hij vluchtte, eerst naar Nederland, later naar de VS om uiteindelijk in 1949, na tal van depressies, een einde aan zijn leven te maken.
Hoogtepunt Exilliteratuur
Het magnum opus van Klaus Mann is ongetwijfeld Mefisto, dat vaak het hoogtepunt wordt genoemd van de antifascistische exilliteratuur tijdens het Derde Rijk. Het werk is gebaseerd op de Faustlegende waarin het hoofdpersonage zijn ziel verkoopt aan de duivel in ruil voor geld en macht. In Mefisto maken we kennis met Hendrik Höfgen, toneelspeler in Hamburg, notoir antifascist, links georiënteerd met marxistisch-socialistische sympathieën. Stap voor stap zien we hoe hij zijn idealen opoffert tot meerdere eer en glorie van zichzelf. Hij klimt omhoog op de sociale ladder, wordt vriend en beschermeling van Hermann Goering en schopt het uiteindelijk tot intendant van Hitlers staatstheater.
Mann schrijft indringende portretten van uiteenlopende personages en schotelt de lezer een precieze, maar dreigende evocatie van de tijdsgeest voor. Op een scherpzinnige en gedetailleerde manier weet hij de juiste sfeer te capteren die vandaag zeer ongemakkelijk aanvoelt. Ondanks de gruwelijke en verachtelijke keuzes die sommige personages maken, slaagt Mann er ook in wat humor in zijn werk aan te brengen. Hij toont hoe de tomeloze ambitie en machtswellust van een aanvankelijk tweederangsacteur het succes hebben bepaald van het fascisme. Höfgen verraadt alles en iedereen: zijn vrienden, zijn publiek, maar ook zichzelf. Zijn glansrol is Mefisto uit Faust, en ook hij sluit een pact met de duivel, hier in de gedaante van Goering, Hitler en bij uitbreiding de nazi’s.
Beeld van individuele meelopers
De ondertitel Roman van een carrière zegt alles. Het gemak waarmee verschillende figuren uit de kunst- en wetenschapswereld zichzelf prostitueerden en zich lieten corrumperen voor geld, macht en lijfsbehoud is een thema dat niet alleen voorkomt in dit werk, maar is van alle tijden. Daarom ook is het korte naschrift in Manns werk zo veelzeggend. Hij schreef: ‘Iedere persoon in dit boek stelt een type voor en is geen portret.’ Hij wilde enkel een beeld schetsen van de intellectuele meelopers van die tijd en de rampzalige gevolgen daarvan voor de hele maatschappij. Hoewel hij types wilde portretteren, baseerde hij zijn personages op echt bestaande mensen en kennissen, een techniek die hij in meerdere van zijn boeken gebruikte.
Zo is Höfgen gebaseerd op de Duitse acteur Gründgen, korte tijd zwager van Mann, iemand die zijn principes verloochende en na de oorlog opnieuw een grote carrière wist op te bouwen ondanks zijn banden met het regime. Hoewel Mefisto in 1936 door uitgeverij Querido in Nederland werd uitgegeven, zou het nog een hele tijd duren vooraleer het ook in Duitsland werd uitgegeven. Het boek stond immers op de verboden lijst in Duitsland omdat het de naam van Gründgen zou schaden, ook na diens dood in 1966 bleef zijn familie zich halsstarrig verzetten tegen een Duitse publicatie van het boek. Pas in 1981 kon men in Duitsland het werk van Klaus Mann lezen.
Mefisto. Roman van een carrière, blijkt ook vandaag een hoogst actueel boek. Het toont aan hoe in dictatoriale of totalitaire regimes soms vreemde keuzes worden gemaakt. De verleiding om ‘een pact te sluiten met de duivel’ is soms groot. Als dit inspeelt op de primaire behoeften, zoals overleven, zijn veel mensen geneigd om zich hieraan over te leveren. Het is makkelijker en voordeliger. Klaus Mann lijkt het nageslacht te waarschuwen voor deze al te makkelijke capitulatie.