De menselijke fantasie en het voorstellingsvermogen zijn de twee meest creatieve zaken, die een mens in handen heeft! W.B.Yeats.
Het is altijd riskant om literair werk uit te werken in een stripverhaal. De avonden van Reve en Kort Amerikaans van Jan Wolkers werden verstript door Dick Matena en zo zijn er meer voorbeelden. Matena heeft inmiddels ook werk van Elsschot getekend.
Eigenlijk wil de lezer liever het beeld behouden dat hij had, toen hij het boek las. Hetzelfde effect van beeldvervaging kan optreden bij de verfilming van boeken. Wie eenmaal de verfilming van een boek heeft gezien, houdt altijd de acteurs voor ogen wanneer hij weer eens door de bladzijden bladert van het oorspronkelijke literaire werk. Zijn eigen fantasiebeelden en- voorstellingen zijn verdwenen als sneeuw voor de zon. Van geheel andere orde zijn de stripverhalen van Art Spiegelman over de holocaust. Zij voegen een rustige dementie toe aan de verschrikkingen omdat het nu dieren zijn, die elkaar belagen.
Voor de tentoonstelling ‘Willem Elsschot 1882-1960, beeldverhaal, foto’s en documenten’ in 1983 gehouden in het Paleis voor Schone Kunsten te Brussel werd een stripverhaal gemaakt. Kamiel Vanhole, scenarist en Dirk Geets, tekenaar, tekenden uiteindelijk voor vormgeving en uitwerking. Het onderschrift van de strip luidt: ‘Biografie van Willem Elsschot.’ Wie denkt dat men chronologisch en punctueel een overzicht krijgt voorgeschoteld van het leven van Alfons de Ridder (= Willem Elsschot) komt echter bedrogen uit. Er wordt geciteerd uit het werk van Elsschot, o.a. uit Een ontgoocheling, waarin ene Kareltje romanfiguur is en deze komt in de strip op de blz. 8,9 en de pagina’s 17 t/m 21 aan het woord.
Er zijn ook anekdotes uit het leven van Elsschot in verwerkt. De beide makers van het boek bezochten de zoon van Elsschot, Walter de Ridder en de beroemde kleinzoon Jan Maniewski, die model stond voor Tsjip de Leeuwentemmer. Het door elkaar klutsen van feit en fictie wekt enige verbazing, maar vooral de tekenstijl van Dirk Geets doet af en toe stroef en gedateerd aan. In de inleiding van de strip vraagt Jos van Waterschoot zich af hoe het komt dat het boekje zo lang op de plank kon blijven liggen. De stripuitgevers zouden er niets in hebben gezien omdat het te literair was en de literaire uitgevers omdat het boek in stripvorm was gegoten. Meer waarschijnlijk lijkt mij dat men het boekje te rommelig vond samengesteld en te slecht getekend. Toch staan er ook best aardige dingen in, zo wordt de ontmoeting tussen Elsschot en zijn latere vrouw leuk in beeld gebracht en leren we hem kennen als een redelijke egoïst, die onberekenbaar als hij was, grillige bokkensprongen kon maken. Verder kunnen we ons beter maar bezighouden met serieuze biografieën over deze literaire gigant of een van zijn meesterlijke romans lezen.