John Toxopeus (1946) volgt na zijn pensionering in 2002 een schrijverscursus en stuurt zijn korte verhalen in voor schrijfwedstrijden. In 2005 heeft hij voor het eerst succes. Hij doet mee met een wedstrijd in de Varagids. Voor een kerstverhaal verzint hij het mooiste einde. De eerste prijs is een NTI-schrijfcursus. Hij heeft de smaak te pakken en stuurt vaker verhalen in. Met ‘Crimineel’ wint hij in 2006 de schrijfwedstrijd voor de Literaire Prijs voor de Provincie Gelderland. Hij blijft prijzen winnen en verhalen opsturen naar literaire tijdschriften. Ook een derde prijs kan goed zijn voor plaatsing van een verhaal in een literair blad. Met ‘Kalk’ maakt hij zijn debuut in De Tweede Ronde (het winternummer van 2006) met de volgende aantekening: ‘Het verhaal ‘Kalk’ van John Toxopeus kreeg de derde prijs. Een van onze redacteuren zat in de jury en vond zijn inzending de beste.’
Niet al zijn verhalen worden meteen geplaatst. Toxopeus op Schrijven Online: ‘De afwijzingen van redacties van tijdschriften vormen een veelvoud van het aantal plaatsingen, soms krijg ik zeikerige reacties, sommige tijdschriften reageren helemaal niet (meer), maar de vreugde mijn verhaal in druk te zien, vergoedt nog steeds alles’.
Toxopeus’ verhalen verschijnen in Nederlandse en Vlaamse literaire tijdschriften, o.a. in Tirade, De Brakke Hond en Kort Verhaal. Het wachten is op een bundeling. In 2013 is het zover: ‘Een 65-plusser die debuteert met een verhalenbundel.’
Gelukkige families en harmonieuze relaties, die vind je niet bij Toxopeus. Verhalen zijn pas interessant als er iets scheef zit in de onderlinge verhoudingen. Mensen die niet tevreden zijn met hun leven, waarin iets uit het verleden doorwerkt in het heden. In het verhaal ‘Het blijft vriezen’ gaat het om een gebeurtenis bij een schaatstochtje van ‘tien jaar, drie weken en vier dagen geleden.’ Alles lijkt uitgesproken, allang uit de wereld, maar hoofdpersoon Chris spreekt niet uit dat hij er nog ‘dagelijks aan denkt. Dat het wroet en wringt, dat hij zou willen dat het minder werd.’
Een knap opgebouwd verhaal is ook ‘Romeinen 2’. Ook hier wroet en wringt het. Het verleden werkt door bij de verplichte wekelijkse bezoeken aan een oude schoonmoeder in een verzorgingshuis. Zij was tegen het huwelijk van haar dochter met haar schoonzoon en heeft dat niet onder stoelen of banken gestoken. Op zijn trouwdag heeft ze hem bij zijn arm gepakt en in zijn oor gesist: ‘Jij bent de man van Emma, verder niets, helemaal niets.’ Nu is het de beurt van de schoonzoon. Tijd om wraak te nemen. Hij leest de oude vrouw die nauwelijks meer kan praten voor uit de bijbel, Romeinen twee: ‘Zo spreekt de Here. U bent hardleers en wilt geen nieuw leven beginnen. Daarom haalt u zich een strenge straf op de hals op de dag waarop God gaat oordelen en zijn uitspraken bekend maakt. Want God zal iedereen loon naar werken geven.’ Hij spaart haar niet. Ze brengen zelfs een bezoek aan het kruispunt waar haar dochter ooit verongelukt is… ‘Haar lichaam verstart. Haar hoofd zwaait woest heen en weer. Hij zakt door zijn knieën en legt een hand in haar dunne nek, knijpt zachtjes in het losse vel. “O wat een vreselijk verdriet. Marijke zag de auto niet.”’
De focus in de verhalen ligt op scheurtjes in relaties en op de slechte eigenschappen van de mens die in dergelijke situaties naar boven kunnen komen. Pesten, treiteren, het nemen van wraak, het komt allemaal voorbij in deze verhalen. De toon is soms mild, soms hatelijk en sarcastisch.
Niet alles is volledig uitgewerkt, er blijft iets te raden over. De lezer krijgt puzzelstukjes aangereikt, door terloopse zinnetjes wordt duidelijk wat er aan de hand is. Vaak hebben de verhalen een onverwachte afloop.
Wie herkent niet de ergernis als je net achter je computer wilt gaan zitten: iemand anders is een spelletje aan het doen en jij moet wachten? ‘Spelletjes’ begint zo: ‘ “Kan ik er eindelijk bij” vraagt hij. “Ik zit al een half uur te wachten.” / … / “Ik word er niet goed van,” zegt hij. “Dat ding is van mij. Ik moet er mee werken.” Hij zucht, staat op en gaat achter haar staan. Hij legt zijn arm over haar schouder, streelt haar nek en glijdt met zijn vingers over de halsketting.” ‘ Het verhaal krijgt vaart en spanning als een paar zinnen verderop staat dat hij zijn driftbuien onder controle heeft….
De verhalen hebben een sobere stijl. Bijvoeglijke naamwoorden zijn met zorg gekozen en de beeldspraak is gedoseerd. Mooi is dit uit ‘Haar’ als de ‘krullen van de kunstenaar die hij had willen zijn in plaats van de postbezorger die hij was geworden’ worden geknipt: ‘Hij keek naar de wonderlijke figuren op de grond, die zich schokkend verwijderden, vluchtten voor de grote kappersschoenen met de dikke rubberen zolen. Plukken gleden, gracieus als balletdansers, een onverwachte kant uit toen een nieuwe klant binnenkwam, verdwenen uit zicht.’
De personages in de verhalen zijn meestal wat ouder. Mensen met een geschiedenis. Gebeurtenissen en emoties van toen komen terug in het nu.
Een paar quotes tot slot: ‘Ga iets doen, jongen. Dat pensioen wordt anders je ondergang.’ En: ‘Nee, hij verveelt zich niet sinds hij met pensioen is.’ Dit geldt ook voor pensionado Toxopeus. Het schrijven van verhalen is zijn tweede leven (website www.mijn2deleven.nl).
Desnoods met harde hand bevat achtentwintig korte verhalen. Het is een mooie verzameling geworden. Het is knap hoe Toxopeus met weinig woorden elke keer weer verschillende personages neerzet en situaties creëert waarbij de lezer volop ruimte krijgt de puzzelstukjes op de juiste plaats te leggen.
Michael Tak (Studio Takkemike) verzorgde de omslag. De afbeeldingen van de gebarsten vaas met bloemen (voorkant) en de lege papegaaienkooi met het open deurtje (achterkant) passen perfect bij de verhalen in de bundel.
John Toxopeus (1946) studeerde psychologie en was lange tijd werkzaam als vakbondsbestuurder.