In zeventien dagen beklimt Lilly Dunne het verzamelde verdriet van haar leven. Om uit de hand van dat verdriet weer wat geluk te putten. Terwijl Lilly zich hieraan laaft, tekent ze haar levensverhaal op. Het verdeelde Ierland van het begin van de twintigste eeuw, de start van haar nieuwe leven in de Verenigde Staten in de crisisjaren, de mannen in haar leven en de oorlogen die zij vochten vloeien samen tot een ongelofelijke en toch alledaagse familiekroniek. Als Lilly op de top van haar verdriet is aangekomen plant ze er een vlag op en laat ze haar leven en verdriet in een vredige duisternis vervliegen.
Op de eerste pagina breekt Lilly’s negenentachtig jarige hart ‘met een nietig, iel geluid’ als ze hoort dat haar kleinzoon Bill zelfmoord heeft gepleegd. Haar wereld staat stil en haar leven is over. Ze heeft een hekel aan schrijven, maar pakt nu de pen op om haar levensverhaal te boekstaven en het hart dat ze kwijt is weer te vinden. Ze geniet daarbij vooral van de dagelijkse tevredenheid die ze naar eigen zeggen ooit in de vingers had gehad. Zoals het geluk dat ze aantreft in ‘de oneindige subtiliteit van de bain-marie pan’.
Met deze tevredenheid als houvast laat Lilly de mannen en daarmee het ongeluk in haar leven passeren. Allereerst haar vader, James Patrick Dunne, de latere commissaris van de Dublinse politie, en haar broer Willy Dunne, gestorven in de loopgraven van de eerste van de vier oorlogen die Lilly’s leven zouden bepalen. Vervolgens komen de herinneringen naar Tadg Bere naar boven. Vriend van Willy en Lilly’s verloofde aan het begin van haar volwassenheid. Net als haar vader werkte Tadg voor de politie en streed hij tegen de Ierse nationalisten. Als de IRA Tadg en Lilly op hun dodenlijst plaatst vluchten ze naar de Verenigde Staten, het beloofde land. De start in het nieuwe land is echter verre van makkelijk. Maar als in Chicago de beloftes voor Tadg dan toch lijken te worden ingewilligd, blijkt zelfs de oversteek over de oceaan geen garantie voor geluk te zijn. Opnieuw vlucht Lilly, om elders in de Verenigde Staten datgene te vinden dat haar tot dan toe nog niet gegund is. In Cleveland ontmoet ze in de politieman Joe Kinderman haar tweede liefde, met wie ze uiteindelijk zal trouwen. Maar als Lilly zwanger is blijkt geluk voor haar niet te zijn weggelegd en verdwijnt haar echtgenoot spoorloos. Opnieuw staat Lilly er alleen voor. Ze vindt een baan en een stabieler leven als kokkin bij de welgestelde familie Wolohan. Maar ook dan blijven mannen het startpunt van nieuw ongeluk, al zijn het in deze fase van haar leven niet langer haar geliefden die het ongeluk brengen, maar haar zoon en kleinzoon. Het vertrek van haar zoon Ed naar Vietnam, de derde oorlog in haar leven, blijkt min of meer een afscheid voor altijd te zijn. Niet omdat hij sneuvelt, maar omdat zij na zijn terugkeer uit Vietnam in hem nooit meer haar zoon herkent. Net als zijn vader eerder had gedaan verdwijnt ook Ed uit haar leven. Maar hij geeft haar in haar kleinzoon nog wel het geluk van haar oude dag. Een geluk dat echter net als zijn voorgangers wordt gesmoord als Lilly ook haar kleinzoon Bill, weliswaar indirect, aan de oorlog verliest. Een verlies dat er één te veel is.
Sebastian Barry heeft met zijn In het beloofde land een aangrijpende familiegeschiedenis gecreëerd, waarin een ongelofelijk verhaal in de alledaagsheid van het leven geloofwaardig wordt. Met woorden die door hun eenvoud met nog meer kracht binnenkomen. Barry brengt zijn hoofdpersoon Lilly Dunne op ongekend broze wijze tot leven om haar vervolgens, net als de porseleinen pop uit haar jeugd, in de zeventien dagen tellende beklimming van haar verdriet, in gruzelementen te laten vallen. We leren Lilly daarbij in al haar eenzaamheid op ontroerende wijze kennen. ‘Tranen zijn beter wanneer je ze in je eentje huilt’, zo schrijft Lilly in haar levensverhaal. Het had haar motto kunnen zijn. Alle tegenslagen in het leven had de inmiddels negentachtigjarige Ierse vrouw in haar eentje verwerkt. Zo ook haar laatste tegenslag. De herinneringen troosten haar, maar brengen ook een nieuwe pijn. Het getuigt van de grote klasse van Barry dat het verwachte einde van zijn familiekroniek door een onverwachte ontknoping wordt overgenomen. Vlak voordat Lilly haar vlag op de top van haar verdriet plant blijkt haar leven tot haar laatste snik één vervlochten geschiedenis te zijn, waarbij het heden het verleden heeft ingehaald.
Lilly zelf vond dat ze niet veel achterliet. Alles waaraan ze was gehecht had ze in een doos gedaan, maar ze verwachtte niet dat iemand daarin geïnteresseerd was. ‘Alles zal wel in zakken worden gedaan en bij het vuilnis worden gezet.’ Ik prijs me gelukkig dat Sebastian Barry daar een stokje voor stak.
In het beloofde land
Auteur: Sebastian Barry
Vertaald door: Johannes Jonkers
Verschenen bij: Uitgeverij Querido (2011)
Aantal pagina’s: 268
Prijs: € 18,95