I.A. Gontsjarov – Het fregat Pallada

De charme van langdradigheid 

Recensie door Evert Woutersen

Ruim 160 jaar terug in de tijd. Ivan Alexandrovitsj Gontsjarov (1812-1891) bereidt zich in de zomer van 1852 voor op een lange reis met het Russische fregatschip Pallada. Als secretaris van admiraal Poetjatin doet hij verslag van een bijna twee jaar durende tocht die begint in Kroonstad bij Sint Petersburg en eindigt in Japan. Doel van de reis is het sluiten van een handelsverdrag met de Japanners.

Gontsjarov over de voorbereidingen op de reis: ‘De gedachte om te gaan bedwelmde als een roes mijn hoofd, en ik antwoordde zorgeloos en schertsend op alle voorspellingen en waarschuwingen, zolang de gebeurtenis nog ver weg was. / …./ De werkelijkheid naderde, als een wolk, steeds dreigender en dreigender, en een benepen angst bezocht mijn ziel toen ik mij verdiepte in een gedetailleerde analyse van de aanstaande reis. Zeeziekte, klimaatsveranderingen, tropische hitte, kwaadaardige koortsen, wilde dieren en mensen, stormen, dit alles kwam bij me op, in het bijzonder de stormen.’

Op 7 oktober licht het fregatschip met meer dan 400 bemanningsleden de ankers. Gontsjarov heeft een luxueuze hut aan boord van het zeilschip.  Zijn ‘ordonnans’ Faddajev zorgt ervoor dat het hem aan niets ontbreekt tijdens de reis.
De reis gaat via de kusten van Denemarken en Nederland naar Engeland, de Azoren, Kaap de Goede Hoop, de Straat Soenda, de Filippijnen en eindigt in Japan.

Gontsjarov geeft in meerdere brieven (‘Reisopstellen’) zijn indrukken van de lange reis weer, de gebeurtenissen op het schip en de exotische havens die worden aangedaan: ‘In het algemeen is het een grote fout te proberen indrukken op te doen; je verzamelt wat je niet nodig hebt, en wat nodig is, ontglipt je’.

Gontsjarov beschrijft nauwgezet de dagelijkse routine op het fregat. Vervelend vindt hij het slingeren van het schip: ‘Men kan niet naar behoren lezen, schrijven, slapen; er zijn ook bleke, lijdende gezichten te zien.’ Mooi om te lezen zijn de passages over de maaltijden. Hij ‘soupeert’ in zijn eigen hut of samen met admiraal Poetjatin en kapitein Oenkovski. Soms vindt de lunch met de bemanning op het dek plaats. Dat gaat zo: ‘Op het geschutdek worden grote kommen opgehangen, zogenaamde ‘bakken’, waarin het eten uit één gezamenlijke of ‘broederlijke’ schotel wordt opgediend. Men geeft één gerecht, koolsoep met pekelvlees, vis, rundvlees of brij; ’s avonds hetzelfde, soms pap. Ik ging het eens proberen. ‘Eet smakelijk’, zei ik. Uit hoffelijkheid likte een matroos zijn houten lepel schoon en gaf hem mij. De koolsoep was voortreffelijk, met een krachtige smaak van ui.’

De Pallada doet als eerste Londen aan. Over de Engelsen schrijft hij: ‘Engelsen zijn hoffelijk op een menselijke manier, dat wil zeggen hoffelijk zoveel als de behoefte vereist, maar niet druk en onbeschaamd, zoals de Fransen /…./ Een Franse bediende strekt zijn hand uit om een shilling, zegt nauwelijks ‘merci’, en tegelijkertijd neemt hij geen gevallen zakdoek op en geeft de jas niet aan. Een Engelsman doet dat wel.’ Deze observatie stamt uit het begin van het boek. Naargelang de reis vordert, komt Gontsjarov andere Engelsen in andere omstandigheden tegen, zoals in China. Hij vindt het pijnlijk te zien hoe de koloniale Engelsen met de Chinezen omgaan.

Uiteindelijk ‘arriveert’ de Pallada in Japan. Gontsjarov: ‘God verhoede dat u in het bijzijn van een zeeman zou zeggen dat u met een schip zou ‘aankomen’:  men zou blozen! ‘arriveren’ en niet ‘aankomen’.

Door het uitbreken van de Krimoorlog in 1853 komen  de onderhandelingen over de handelsbetrekkingen stil te liggen. Bovendien is de Pallada door de stormen bij Kaap de Goede Hoop en de orkaan in de Chinese zee niet zeewaardig meer. In afwachting van een vervangend schip, de Diana, wordt het fregat in de monding van de Amoer ‘onttakeld’. Kanonnen, kruit en tuigage worden weggehaald. Achterblijvers moeten het schip tot zinken te brengen ‘om niet de vijand de gelegenheid te geven zich te laten voorstaan op de verovering van een Russisch schip.’
Het is een gedwongen afscheid van het schip. Gontsjarov schrijft: ‘Maar als u eens wist wat voor een sierlijk, wat een edel schip het is, wat voor manschappen er zijn, dan zou u zich niet verbazen dat ik met bloedend hart de Pallada verlaat.’

Gontsjarov krijgt begin augustus 1854 toestemming via land terug te reizen naar huis. Het blijkt een zware tocht van vier maanden door Siberië met Irkoetsk als eindbestemming. ‘Nu hier ben ik onderweg. Maar hoe, vraagt u, onderging ik de vorst na de tropen?’ Hij vertelt dat dat wel meevalt, dat je bij dertig graden vorst beter en sneller rijdt, ‘omdat de voerlieden uit alle macht voortjagen; bij hun verkleumen armen en benen en hun neus zou ook verkleumen als ze om hun hals geen boa zouden slaan.’

In een uitgebreid voorwoord licht G.W. van der Meiden zijn vertaling toe. Hij wijst op de onvolkomenheden én de aantrekkelijke kanten van het boek. De eindeloze uitweidingen zorgen ervoor dat de lezer zich steeds meer inleeft in en betrokken raakt bij de gebeurtenissen.

De vertaler verdient alle lof voor zijn monnikenwerk. Handig zijn de NvdV’s, noten van de vertaler onderaan de pagina, waardoor je als lezer niet hoeft te bladeren. Opvallend zijn de Nederlandse marinetermen die in het Russisch zijn opgenomen, zoals bijvoorbeeld ‘werpen’ voor kleine ankers.
In 1987 verscheen Reis om de wereld (Privé-domein Nr. 135, vertaling Yolanda Bloemen & Marja Wiebes). Het betrof een selectie van de reisopstellen, maar nooit eerder verscheen een ‘integrale vertaling uit het Russisch’ van Het fregat Pallada.

Aan het boek is het opstel Door oostelijk Siberië dat Gontsjarov in 1891 publiceerde toegevoegd. Het bevat een terugblik op zijn verblijf in Jakoetsk en Irkoetsk.

In Na twintig jaar omschrijft hij wat een zeereis met je doet: ‘Een verre zeereis nestelt zich in het geheugen, de fantasie van schitterende beelden, onderhoudende episodes verrijken het verstand met een aanschouwelijke kennis van al datgene van wat men van horen zeggen kent,  – en bovendien, een zeereis leidt tot een nauw, bijna familiaal contact met een hele kring van zeelieden, uitstekende originele mensen en kameraden. En dat alles kan men zijn hele leven niet meer losmaken uit de herinnering en het verstand: en dat moet ook niet – het zijn als zeldzame en dierbare gasten.’

Al met al is de reis met de Pallada een boeiende leeservaring. Het is een boek waarvoor je als lezer wel de tijd moet nemen. Ja, inderdaad door de uitweidingen is het soms wat langdradig, maar de dialogen en beschrijvingen zoals deze – over de kleuren van de oceaan op weg naar Madeira – maken veel goed: ‘… een blauwe zee, zoals u haar nog nooit gezien hebt. Dit is niet een bovenaan gekleurd water, maar een dichte saffieren massa, even blauw in de zon als in de schaduw. Je houdt niet op met bewonderen, wanneer je kijkt naar het weelderige stralen van de kleuren in het onoverzienbare ons omringende veld van water.’

Op reis met de Pallada en met Gontsjarov is een onvergetelijk leesavontuur. De vertaler schrijft in zijn voorwoord: ‘Iedereen heeft ervan gehoord, weinigen hebben het gelezen’. Het zou mooi zijn als deze vertaling ervoor zorgt dat deze zin veranderd kan worden in ‘velen hebben het gelezen’.

 

 

Omslag Het fregat Pallada  -  I.A. Gontsjarov
Het fregat Pallada
I.A. Gontsjarov
Vertaling door: G.W. van der Meiden
Reisopstellen
Verschenen bij: Uitgeverij Van Soeren & Co (2014)
ISBN: 9789068811438
508 pagina's

Om Literair Nederland draaiende te houden, zijn wij afhankelijk van vrijwillige bijdragen. U kunt ons steunen via de rode knop. Waarvoor onze hartelijke dank!

Meer van Evert Woutersen:

Recent

23 september 2023

333 gebruiksaanwijzingen bij jezelf

Over 'Heel de wereld wordt wakker' van Jaap Robben
22 september 2023

Eigen tekortkomingen actief in jezelf bestrijden

Over 'Het bouwen van een zenuwstelsel. Een memoir' van Margo Jefferson
21 september 2023

Groter bewustzijn door Atman

Over 'Atman' van Leo Henri Ferrier
19 september 2023

Waarnemen wat anderen ontging

Over 'Je moest me eens zien  ' van K. Schippers
18 september 2023

Hoe blijf je mens?

Over 'Een mens valt uit Duitsland' van Konrad Merz

Verwant