Op 10 maart 2021 landt op Kennedy Airport een Franse Boeing 787 met vluchtnummer AF 006, afkomstig uit Parijs. Het toestel van gezagvoerder David Markle met 243 personen aan boord is door een noodweer gevlogen en in een verschrikkelijke luchtzak terecht gekomen. Als het op het vliegveld is aangekomen blijkt het zwaar beschadigd te zijn.
Op 24 juni 2021 vliegt opnieuw een Franse Boeing 787 met vluchtnummer AF 006 van Parijs naar Kennedy Airport in New York. De gezagvoerder is David Markle. Aan boord zijn 243 personen die ook al op de passagierslijst van de vlucht van 10 maart stonden. Het toestel doorstaat een storm. De situatie is door de overeenkomst met 106 dagen eerder bijzonder verdacht. De FBI grijpt in. Het toestel wordt afgeleid naar de militaire basis McGuire in New Yersey, waar het zwaar beschadigd landt.
We zitten in de roman Anomalie van Hervé Le Tellier, winnaar van de Prix Goncourt 2020. De ‘verdubbeling’ van de Air Francevlucht trekt de lezer in een duizelingwekkend labyrint waar hij zich maar met moeite uit los kan trekken. Anomalie is echter veel en veel meer dan spannende science fiction. Het is een fenomenale roman over onze reflexen als niet voorziene zaken ons bedreigen. Maar vooral gaat hij over onze identiteit. Wie zijn we? En wie zijn we als ons zelfbeeld aan het wankelen wordt gebracht?
Dubbelganger
Hervé Le Tellier is de huidige voorman van Oulipo (Ouvroir de littérature potentielle), de werkplaats voor potentiële literatuur waarvan de leden – wiskundigen en schrijvers – zich dwingende, vaak beperkende, regels – contraintes – opleggen omdat dat nieuwe creativiteit aanboort. De bekendste vertegenwoordigers ervan waren Georges Perec, Raymond Queneau, Italo Calvino en de in Nederland helaas volkomen onbekende Harry Mathews.
In een interview dat Paris Match eind 2020 had met Le Tellier, zelf wiskundige én schrijver, zegt hij dat hij zich tot slechts drie contraintes beperkt heeft: elk hoofdstuk moest een eigen stijl hebben (detective, erotiek, science fiction, ambtelijke verslagen enzovoort), er moesten in elk daarvan dwarsverwijzingen naar de andere voorkomen en zoveel mogelijk hoofdstukken moesten beginnen met een parafrase van een citaat uit een boek uit zijn bibliotheek. Maar Anomalie bevat heel wat meer aspecten die typisch des Oulipo’s zijn, zoals de talrijke citaten uit literatuur en film en vooral de structuur van de roman.
In hetzelfde interview licht Le Tellier toe waaruit Anomalie voortkwam. Hij wilde al lang het thema van de dubbelganger behandelen maar dan niet in de zin van een kloon. Het moest een vorm zijn waarin de mens met zichzelf wordt geconfronteerd in een situatie waarin hij niet kan liegen omdat het gaat om dezelfde herinneringen, genegenheid en aversies. Daarvoor vond hij een ingang in de simulatietheorie van Nick Bostrom, de Zweedse filosoof aan de Universiteit van Oxford die voortborduurt op het denkexperiment dat onze wereld een illusie is, ja zelfs een computersimulatie.
Droom
Het is een gedachte die doet denken aan het beroemde verhaal van de Chinees Zhuang Zhou uit de derde eeuw voor Christus over de ‘transformatie der dingen’. Hij droomde eens dat hij een vlinder was. Toen hij wakker werd wist hij niet meer of hij een vlinder was die droomde dat hij Zhou was of Zhou die droomde dat hij een vlinder was. En in onze tijd past zo’n experiment van Bostrom bij ontwikkelingen als kunstmatige intelligentie, de inmiddels bestaande mogelijkheid om 3D-prints van menselijke organen te maken, en recent het onderzoek van de Amerikaanse overheid naar UFO’s.
Het thema van de dubbelganger duikt herhaaldelijk op in Anomalie. Al in het eerste hoofdstuk, een pastiche van de detectives van Mickey Spillane, volgen we de beroepsmoordenaar Blake die voortdurend wisselt van identiteit bij een nieuwe opdracht, maar in zijn gewone leven een keurige huisman is. Later in de roman komen enkele dubbelspionnen voor met verschillende identiteiten en met het verhaal van de bekende identiteitsfraudezaak uit de 16de eeuw rond Martin Guerre duikt Le Tellier ook de geschiedenis in. De belangrijkste verdubbeling doet zich uiteraard voor als de passagiers van de vliegtuigen van 10 maart en 24 juni met elkaar, maar in wezen dus met zichzelf, worden geconfronteerd.
Protocol
Voor het zover is lezen we over de paniek die het incident van 24 juni teweegbrengt in politiek, ethisch, religieus en wetenschappelijk opzicht. De eerste reflex van Amerika is de doofpot. Er wordt echter wel een wetenschappelijk collectief opgetrommeld om in het geheim te adviseren over de vraag hoe een fenomeen als zich nu heeft voorgedaan kan worden voorkomen. Een belangrijke rol daarin vervult de probabilist (een wiskundige die zich met waarschijnlijkheidsberekeningen bezighoudt) Adrian Miller. Hij moet met een team een protocol opstellen dat alle eventualiteiten uitsluit. Le Tellier geeft een simpel voorbeeld van zijn opdracht: welke mogelijkheden zijn er als je een munt opgooit? Hij kan terugvallen op kop of munt, maar Miller werkt zelfs de mogelijkheid uit dat de munt op zijn kant landt. Toch is dat niet genoeg, want wat als de munt in de lucht blijft hangen?
Die extreme gedachte komt voort uit de angst die Amerika na 9/11 ten diepste in de greep is blijven houden. Het dacht toen op terreur te zijn voorbereid, maar had over het hoofd gezien dat zelfmoordpiloten de Twin Towers zouden kunnen invliegen.
Maar de vlucht AF006 brengt meer te weeg. Hoe communiceert Amerika dit met Frankrijk waaruit veel van de inzittenden afkomstig zijn? En hoe wordt gezichtsverlies voorkomen tegenover China? Daarnaast worden geestelijke leiders van alle religies bij elkaar geroepen want ‘God zou wel eens een probleem kunnen worden’: is het een daad van Satan of een straf van God? En wat zal dit onder fanatici teweegbrengen?
Le Tellier stort de lezer daarmee in een wereld van reële complexe vraagstukken over de krachten die vrijkomen als we de greep op de gebeurtenissen verliezen.
Miesel
De auteur roept de verwarring niet alleen op door het feit van de wisselende identiteiten en de spectaculaire gebeurtenis. Hij speelt voortdurend een spel met de lezer. Zo schreef hij de roman in 2020, maar laat hem spelen in 2021. Voor zichzelf schreef hij dus een toekomstroman (voor Franse lezers was dat nog steeds zo, want die konden Anomalie al in 2020 lezen), maar wij krijgen hem pas onder ogen ná juni 2021. Er zijn verder de hiervoor genoemde dwarsverwijzingen, waarvan de meest opvallende is dat een passagier in het vliegtuig een boek leest dat Anomalie heet en is geschreven door Victor Miesel; hij heeft het van zijn vriendin cadeau gekregen. Deze Miesel wordt al eerder in het boek opgevoerd als schrijver en vertaler van onder andere Wachten op Godot in het Klingon (de kunsttaal uit Star Trek). Hij heeft kort nadat hij het manuscript van Anomalie aan de uitgever heeft gestuurd zelfmoord gepleegd. Die uitgever wil meteen munt slaan uit die sensationele omstandigheid, waarna de zin volgt: ‘Hij heeft een voorbeeld in gedachten, van dertien jaar geleden, hoe heette die schrijver ook alweer?’ Een zin die bovengetekende recensent op een particuliere manier frappeert vanwege de bespreking een paar weken geleden, op 16 november, op Literair Nederland van Zelfmoord van Édouard Levé (https://www.literairnederland.nl/recensie-edouard-leve-zelfmoord/). Hij moet gezien zijn sterfjaar de man ‘van dertien jaar geleden’ zijn die Le Tellier bedoelt.
Schaduw
Le Tellier is in Anomalie zeer herkenbaar als Oulipo-vertegenwoordiger. Er zijn legio verwijzingen, parafrases en citaten van zijn voorgangers terug te vinden. Titels van de afzonderlijke delen zijn ontleend aan gedichten van Queneau, een nieuw boek van Victor Miesel heeft een titel die begint met Calvino’s Als op een winternacht een reiziger en Perec wordt zelfs op het schild geheven als Miesel een beschrijving van dingen die hij waarneemt geeft in de vorm van een lange parafrase van het begin van Perecs Poging tot een uitputtende beschrijving van een plek in Parijs. Want ‘waarom zou hij in de schaduw van Perec gaan staan?’, vraagt Miesel zich af. Het is een zin die extra lading krijgt omdat Miesel als niet minder dan een alter ego van Le Tellier kan worden gezien. Miesel die Anomalieschreef is Le Tellier die Anomalie schrijft. Andermaal een verdubbeling.
Overigens citeert Le Tellier heel wat meer mensen dan de genoemden. Ervaren lezers zullen zonder veel moeite zinnen van Shakespeare, Tolstoi en Auden, maar bijvoorbeeld ook van de filosoof Popper herkennen en cinematofielen quotes uit films als Close Encounters of the third Kind.
Trump
Bij dit alles is Anomalie ook nog eens een humoristisch en scherpzinnig boek. De al genoemde Adrian Miller, wiens werk als probabilist bestaat uit kansberekeningen, leeft daar ook naar. Als hij zijn liefde wil verklaren aan collega Meredith lezen we: ‘Hij schat zijn kans van slagen op zevenentwintig procent. Dat had veertig procent kunnen worden als hij niet zo naar drank had gestonken, maar van de andere kant zal zijn dronkenschap de pijn van een afwijzing met zestig procent verminderen. De probabilist heeft daaruit geconcludeerd dat je met zoveel kans om een blauwtje te lopen net zo goed dronken kunt zijn’.
Al net zo komisch zijn de scènes waarin Trump een rol speelt. Die is in de toekomst die Le Tellier in zijn roman schetst, nog altijd president van de VS en wordt uiteraard bij het crisisoverleg betrokken. Hij wordt afgeschilderd als de koppige onhandige man die wij kennen. Als zijn adviseurs willen dat hij belt met Macron (door Trump ‘een kleine arrogante klootzak’ genoemd), wil hij eerst overleggen met Xi Jinping. En als de wetenschappers hem bijpraten over te nemen stappen luistert hij onbegrijpend om pas op te veren als de titel van een film wordt genoemd: ‘Ja, die heb ik gezien!’. Adrian Miller wordt er door ‘gesterkt in het ontmoedigende idee dat het optellen van individuele domheid zelden leidt tot wijsheid van de massa’. Het is één van de vele aforistische zinnen die je geneigd bent te onderstrepen.
Eén aspect aan Anomalie dient hier zeker nog te worden genoemd. Het is een roman over onze diepste angsten: ‘We zijn bereid de werkelijkheid te verdraaien als we het gevaar lopen alles te verliezen’, maar zeker ook over onze overlevingskracht en vermogen tot liefde als blijkt tot welke keuzes de verdubbelde passagiers uiteindelijk in staat zijn.
Anomalie is een roman waarop tal van superlatieven kunnen worden geplakt. Een boek waarmee je trillend in je handen zit, dat je met rode oren leest, dat je laat lachen en inzicht verschaft in onze menselijke valkuilen en dat je hoop geeft. Een roman om onmiddellijk weer te herlezen en dan te ontdekken welke vertelrijkdom de eerste keer nog aan je aandacht ontsnapte.
Ren onmiddellijk naar de boekhandel!
1 reactie
Wat een mooie complete recensie!