In Duitsland worstelen nog steeds heel wat mensen met het traumatische verleden dat hen is opgezadeld door de Tweede Wereldoorlog. De foute keuzes of al dan niet opgelegde rollen van verre en dichte familieleden zorgen nog steeds voor gevoelens van schaamte en verwarring. Op zijn 73ste schreef Edgar Selge de frustraties hierover van zich af in de semi-autobiografische roman Eindelijk heb je ons gevonden. Het werd onmiddellijk bestempeld als een van de belangrijkste boeken over de verwerking van trauma’s en het opgroeien in het na-oorlogse Duitsland. Belangrijk ook, omdat de auteur niet zomaar de eerste de beste is. Edgar Selge is in Duitsland een gevierd acteur. Vooral zijn rol als commissaris Tauber in Polizieruf-110 staat op het netvlies gebrand van elke Duitse Krimi-liefhebber. Daarnaast speelde hij in tientallen andere reeksen en films. Eindelijk heb je ons gevonden is zijn debuutroman.
Pijnlijk verleden
Premisse van de roman is de relatie tussen ouders en hun kinderen in het naoorlogse Duitsland. Edgar is de vierde van vijf zoons in een familie die een prominente rol heeft in de maatschappij. Vader is directeur van een jeugdgevangenis en probeert zijn rol in de gemeenschap weer in te nemen na de Tweede Wereldoorlog. Vader is streng en tiranniek voor zijn kinderen, maar heeft ook een zachter kantje. Zijn grote passie is muziek. Zelf is hij een niet zo begenadigd pianospeler, maar af en toe geeft hij samen met andere muzikanten huisconcerten waarop ook de jeugddelinquenten worden uitgenodigd. Het gezin is getekend door twee gebeurtenissen uit het verleden, die maar met mondjesmaat doorheen het verhaal naar boven komen. Enerzijds is er de rol van de vader in de Tweede Wereldoorlog. Die was niet zo koosjer. Ook na de oorlog onderhield hij als gevangenisdirecteur nog vriendschappelijke betrekkingen met foute en veroordeelde nazi-officieren. Toen dat aan het licht kwam, werd hij overgeplaatst naar de huidige instelling. De aanwezigheid van vooroordelen van rechtsnationalisten, het onderliggende antisemitisme zit kort na de oorlog nog steeds ingebakken bij heel wat Duitsers en vormt de ondertoon bij veel uitspraken en acties van de oudere personages in het boek. Anderzijds gaat het gezin ook gebukt onder een grote rouw, maar vooral het verdringen van het verdriet over de dood van een van de kinderen. Die sloeg met een croquethamer op een handgranaat en overleefde het ongeval niet. Impliciet wordt hier vaak naar verwezen, maar vader snoert iedereen de mond die erover begint.
Gedeeld trauma
Eindelijk heb je ons gevonden kan de lezer pas volledig doorgronden wanneer alle puzzelstukjes in elkaar vallen. De worsteling met het verleden leidt tot een generatieconflict in het gezin Selge. Muziek is het enige dat hen verbindt. Zonder muziek is er geen gezin, want vaders houding zorgt voor een definitieve verwijdering van al zijn zonen. Die komen elk op hun manier in verzet tegen hun vader en hebben elk hun eigen manier om aan hem te ontsnappen. Als de jonge Edgar kenbaar maakt aan zijn broers dat hij niet alleen lichamelijk mishandeld wordt door vader, maar dat er ook sprake is van seksuele opdringerigheid, antwoorden de broers met een lakonieke ‘been there, done that.’ Het verzet van de jonge Edgar die zich stort in film en kunst en steelt om zijn escapades te kunnen betalen, wordt steevast ‘beloond’ met de harde riem van vader, terwijl moeder ook maar lijdzaam toeziet.
Haat en liefde
Selge bouwt zijn verhaal op aan de hand van kleine voorvallen en anekdotes uit zijn jeugd. Het lijkt op een verwerking van niet alleen de trauma’s uit zijn jeugd, maar ook de rouwverwerking van de dood van zijn broers. Bovendien probeert hij de moeizame relatie met zijn vader te duiden: een verhaal van liefde en opgekropte woede, van aantrekken en afstoten, want ondanks de foute keuzes en de mishandeling door zijn vader, herkent hij heel wat daarvan in zichzelf. In een aangrijpend laatste hoofdstuk over de korte ziekte en dood van zijn broer Andreas legt Slege zijn hele ziel bloot. Hij spreekt zijn broer toe en probeert de daden van zowel zijn ouders als zichzelf te verklaren. In de dromen die hij heeft over vader en moeder komen de trauma’s weer boven, maar zit altijd ook een verbondenheid vervat. Het resultaat is een melancholisch verhaal van aantrekken en afstoten, van geweld, verdriet, maar ook liefde. De personages zijn echt en hoewel niet alles autobiografisch is, is het wel een krachttoer om de sfeer en de verwerking van het opgroeien in het naoorlogse Duitsland perfect weergegeven, gekaderd, in kleine, maar betekenisvolle anekdotes. Bovendien doet Selge dat in de juiste stijl die eveneens aantrekt en afstoot. Prachtig geformuleerde zinnen met humoristische toetsen en gruwelijke gebeurtenissen. Qua traumaverwerking van een generatie kan dit zeker tellen.