Een week cruisen op een vijfsterren schip met een bemanning die zegt “wensen te vervullen die u niet had kunnen dromen”; superleuk, maar voortaan zonder mij, concludeert schrijver David Foster Wallace na zijn cruise in de Caraïben. In 1995 wordt de schrijver David Foster Wallace door het tijdschrift Harper’s uitgenodigd om op hun kosten een week te verblijven op het luxe vijfsterren cruiseschip de MS Zenith voor een zevendaagse cruise in de Caraïben. De schrijver is op dat moment 35, de meeste luxe cruises trekken een ouder publiek, vijftigplussers, mensen die nog niet volledig afgeleefd zijn, maar wel lichamen hebben ‘die ontbloot verschillende stadia van verval’ vertonen, constateert de schrijver.
De auteur verwerkte zijn ervaringen in 1997 tot een essay, getiteld ‘A Supposedly Fun Thing I’ll Never Do Again’, dat onlangs als ‘Superleuk, maar voortaan zonder mij’ in Nederland is uitgebracht. Het is een hilarisch en ontluisterend essay waarin de schrijver een portret schetst van zielige cruise passagiers die even aan hun droevige bestaan willen ontsnappen en het geeft een beeld van zijn eigen toenemende angstige gemoedstoestand tijdens die week.
De schrijver beschrijft tot in de details wat hij ziet, proeft en ervaart tijdens deze week. Zijn observaties beginnen al op het vliegveld van Fort Lauerdale. Op de inscheepdag van de cruise lijkt het vliegveld van Fort Lauderdale op de val van Saigon. De helft van de mensen is gebruind en heeft een blik van Innerlijke Vrede, de andere helft observeert elkaar en vergelijkt camera’s.
Aan boord probeert de professionele bemanning “wensen te vervullen waarvan U niet had kunnen dromen”. De passagiers kunnen ontsnappen aan al wat onaangenaam is, want op het luxe schip vinden onophoudelijk activiteiten plaats: een continue stroom van feesten, partijen, zang en dans die ervoor moet zorgen dat de passagiers zich dynamisch en herboren voelen.
Naast zijn persoonlijke ervaring geeft Foster Wallace in 137 voetnoten, één voetnoot is zelfs 5 bladzijden lang, achtergrondinformatie. De schrijver beschrijft de bevolkingsgroepen die ingeschakeld worden om de cruisepassagiers naar de zin te maken: de bus- en taxichauffeurs zijn Cubanen, de kruiers op het schip zijn Libanees, de bemanning is Grieks en het onberispelijke schip wordt door onvermoeibare derde wereld mannetjes schoongemaakt.
Foster Wallace geeft een minutieuze beschrijving van zijn hut: “Exorbitant veel lof verdient de badkamer van Hut 1009. Ik heb in mijn leven al flink wat badkamers gezien, maar dit is verdomme een echt prachtstuk”. Wat betreft de aanlegplaatsen: “De enige echte constante in de Caraïbische nautische topologie die de MS Nadir (= bijnaam voor het schip van de auteur) aandoet, heeft met de onwerkelijke fraaiheid van alles te maken, met het feit dat de scenerie haast geretoucheerd aandoet ? het is onmogelijk het helemaal treffend in woorden te vatten, maar het dichtst in de buurt komt voor mij dat het er allemaal erg duur uitziet.
Prachtig is zijn beschrijving van het moment dat de passagiers op excursie gaan: “zodra hun sandalen de kade raken, vindt er een sociolinguïstische metamorfose plaats, van passagier in toerist. Op dit eigenste moment slingert zich een rij van 1300+ bemiddelde toeristen met geld dat wil rollen en uitkijkend naar belevenissen die beleefd willen worden”. Hij noemt deze excursies kudde gedrag van welgevoede Amerikanen die op dure sandalen armoedige havens binnenwaggelen, op zoek naar contact met de lokale bevolking.
De reis en de animatie roepen bij Foster Wallace vooral een associatie op met zijn vakantiekampervaring in zijn jeugd. Maar de auteur observeert niet alleen, hij vergelijkt zijn reiservaring met de in de brochure voorgespiegelde werkelijkheid en daarnaast probeert hij te analyseren hoe de organisatie winst kan maken bij de exploitatie van het ‘drijvende paleis’.
De schrijver verstaat de kunst van ironie en het reisverslag is plezierig om te lezen, maar mocht je misschien het idee hebben om ooit op een luxe cruise te willen gaan, na het lezen van het boek ben je voorgoed genezen!
David Forster Wallace, geboren in ’62 is overleden in ’08. Hij studeerde filosofie en debuteerde als 25 jarige. Hij schreef boekenrecensies voor de The New York Times en LA Times. Ook gaf hij schrijfonderwijs aan een college in zijn woonplaats Claremont. Hij was een voorbeeld voor schrijvers als David Eggers en Jonathan Safran Foer. Hij leed aan ernstige depressies en pleegde in 2008 zelfmoord.