Recensie door Juliette van Wersch
Al op de eerste pagina voert de auteur je meteen in het wonderlijke huis van Thomas Penman, de dertienjarige held van dit verhaal. Een ontwricht, onvriendelijk, oud huis met Victoriaanse aanbouwsels en een massa lege kamers waar constant de geur van sudderend vlees hangt. ‘De wordingsgeschiedenis van dat vlees kleefde als een weersgesteldheid aan het huis.’
Het huis is haast symbolisch voor het ontwrichte, onvriendelijke gezin waarin Thomas opgroeit. ‘Het was hier constant oorlog en de waarheid was het eerste slachtoffer.’ Vader (Rob) en moeder (Mabs) communiceren alleen nog via hun honden en zus Bel onttrekt zich even van het gezin door met vakantie naar Duitsland te gaan. Opa Walter, Mabs’ vader, nadert zijn einde, maar niemand die dat aan Thomas zal vertellen. Deze laat uit stil protest tegen de hangende spanning zijn vuile ondergoed, vaak zelfs nog met inhoud, op allerlei plekken in huis achter en sluipt rond als een dief om zijn opa te kunnen bespioneren. Hij is ervan overtuigd dat deze een familiegeheim bewaart en een verzameling pornografische plaatjes heeft, die hij op alle mogelijke manieren probeert te vinden. Omdat zijn opa hem niet als arbeidskracht of lastpak beschouwt, koestert hij een grote liefde voor deze man. Via een telegrafische machine communiceren ze tussen het schuurtje naast het huis en de kamer van opa in morsetaal.
Met zijn beste vriend Maurice, domineeszoon maar meest onbezonnen van de twee, bouwt hij dieptebommen en leert hij stiekem te roken. Maurice is uitermate gefascineerd door een pornografische foto’s en een manuscript die Thomas op een van zijn strooptochten in zijn huisheeft gevonden. De meer liederlijke Thomas is minder met seks gepreoccupeerd en meer met zijn verliefdheid op Gwendolin. Als de moeder van Maurice de foto’s en het manuscript onder het bed van Maurice ontdekt, wordt de vriendschap met Thomas op het spel gezet.
Intussen blijkt zijn vader in opdracht van zijn moeder gevolgd te worden door een privé-detective. Ook komen er brieven binnen van de rechtbank omdat zijn moeder blijk te willen scheiden en gaat het steeds slechter met zijn opa. De spanning in huis loopt op en daarmee ook het aantal door het huis verspreide hondendrollen die zijn moeder neerlegt om haar man te stangen. De uitstapjes met Gwendolin zijn voor Thomas de gelukkigste momenten, maar ook dat wordt wreed verstoord wanneer ze tijdens een vrijpartij betrapt worden (let wel, dit speelt zich in de late jaren vijftig af).
Naast de zoektochten in huis, gaat Thomas zelfs naar de waarzegster Olanda, in de hoop meer over de familiegeheimen te weten te komen. Hij krijgt moeilijker nieuws te horen dan hem lief is, maar omdat Olanda een goede vriendin van Thomas’ opa blijkt te zijn, gelooft hij haar. Zijn inmiddels vijftienjarige leven staat dan compleet op z’n kop en het wordt alleen maar erger.
Reeds zeven jaar geleden verschenen, maar bij herlezing is De werkwaardige herinneringen van Thomas Penman nog steeds een fantastisch boek. Robinson heeft een prachtig, ontroerend en vreselijk humoristisch ‘coming of age’ verhaal geschreven. Zijn taalgebruik is origineel en heeft, ondanks dat er veel gevloekt wordt, een bepaalde verfijndheid. Hij gebruikt geen woord te veel. De liefdevolle band tussen Thomas en zijn opa is erg mooi beschreven en je voelt het verdriet wanneer de oude man zijn einde nadert. Tegelijkertijd zijn de bonkige ervaringen van de jongen met het volwassen worden en het wantrouwen tussen de familieleden onderling niet alleen aandoenlijk maar ook erg merkwaardig en grappig.
Dit is een van de mooiste en meest tijdloze boeken die ik ooit heb gelezen, en misschien wel het beste over puberteit, liefde en familie.