Deze titel laat vanzelfsprekend alle bellen rinkelen. Wil Berthe Meijer op deze manier meeliften met het dagboek dat inmiddels bekend is over de hele wereld? In eerste aanvang bestaat die indruk natuurlijk wel maar dit blijkt niet het geval te zijn. Niets verhullend verhaalt de schrijfster in zesentwintig hoofdstukken over haar emoties, trauma’s, teleurstellingen en haar liefdesleven. Op zeer jeugdige leeftijd verbleef zij samen met haar jongere zusje in het kamp Bergen-Belsen. De daar opgedane ervaringen hebben een stempel gedrukt op het verdere verloop van haar leven. Eigenlijk is het nooit meer goed gekomen ondanks de heldhaftige pogingen die ze hiertoe ondernomen heeft.
In het Joodse kindertehuis, de Bergstichting, wordt ze na de bevrijding gevoed en gehuisvest maar alles in haar omgeving is van een deprimerende lelijkheid. Hier begint ook de ontdekkingsreis naar haar identiteit en haar familie, althans wat daarvan overgebleven is. Er duiken Nederlandse, Engelse en Amerikaanse familieleden op, die allemaal op hun eigen manier Berthe en haar zusje Flory proberen te verwennen om zodoende de doorstane narigheid te compenseren. Over hun kampervaringen en over hun ouders werd gezwegen, op de oorlog en de omgekomen familieleden rustte een taboe. Het dagboek van Anne Frank was onbekend in de Bergstichting en pas in 1961, na de geboorte van haar kinderen, heeft Berthe het gelezen. De orthodox Joodse rituelen en feestdagen waaraan ze moet deelnemen, ervaart ze als een last want er gaat erg veel tijd in zitten die ze liever had besteed aan lezen en muziek maken. Een tamelijk uitvoerige opsomming van alle Joodse feest- en gedenkdagen is in het boek opgenomen.
Leven na het Joodse kindertehuis
Eenmaal ingeschreven aan de Kunstnijverheidsschool en woonachtig op een klein kaal kamertje te Amsterdam voelt ze zich pas echt eenzaam. Er is voor haar gezorgd maar behalve van haar zus Flory heeft ze tot nu toe nooit echte liefde ondervonden. Inmiddels heeft ze wel, op een soms uitbundige wijze, haar eerste sexuele ervaringen opgedaan, maar die hadden waarschijnlijk meer te maken met hormonale reacties dan met oprechte liefde. De eerste serieuze depressies dienen zich aan, zij zullen zich veelvuldig herhalen en worden pas met succes bestreden nadat Berthe kennis heeft gemaakt met de psychiater Dr. Keilson. Op een feestje in Laren maakt ze, ook weer op stormachtige wijze, kennis met de architectuur student Gerard. Hij zal haar eerste echtgenoot worden en ze wonen geruime tijd aan de Oudezijds Achterburgwal in Amsterdam.
Er worden vriendschappen gesloten voor het leven met een keur aan schrijvers en beeldend kunstenaars en er worden veelvuldig feesten gehouden waarbij de alcohol een steeds belangrijker rol speelt. Onder hilarische omstandigheden vindt in Londen het huwelijk plaats van Berthe en Gerard en niet lang daarna wordt hun eerste zoon, Saul, geboren. Het jonge gezin verhuist naar Edam en het wordt uitgebreid met een tweede zoon, David. Mede door overmatig alcoholgebruik van Gerard worden de scheuren in het huwelijk steeds groter en het draait, ondanks de manmoedige pogingen van Berthe om het gezin bij elkaar te houden, uiteindelijk uit op een echtscheiding. Tussen alle bedrijven door heeft ze toch een journalistieke carrière opgebouwd. Ze verzorgt een culinaire rubriek in een vooraanstaand dagblad en schrijft over woninginrichting en mode.
Ontmoeting met het verleden
Tijdens een boekenmarkt op het Museumplein ontmoeten de journalisten Ischa Meijer en Berthe Meijer elkaar. Eigenlijk zijn ze oude bekenden, als kinderen liepen ze hand in hand en huilend van de honger tussen stapels lijken in Bergen Belsen. Hun hernieuwde kennismaking mondt uit in een drie jaar durende relatie. Ischa stuurt Berthe gedeelten uit zijn dagboek die door haar zeker begrepen en gewaardeerd zullen zijn, maar op de lezer de indruk maken van onsamenhangende flarden. Na enige tijd blijkt dat Ischa en Berthe ondanks hun gezamenlijk verleden, hun liefde voor elkaar en hun gezamenlijke interesses niet samen kunnen leven. Hun wegen scheiden zich.
Veelvuldig wordt Berthe geplaagd door een grote verscheidenheid aan ziektes en kwalen waardoor ze regelmatig artsen bezoekt, in het ziekenhuis terecht komt en ook nog eens alternatieve genezers raadpleegt. Ook zonder medische achtergrond zal het de lezer duidelijk worden dat er verband moet bestaan tussen haar ervaringen in haar vroegste jeugd en al deze ongemakken. Het is aan te raden om de meer dan twee bladzijden beslaande lijst van geneesmiddelen en vitamine preparaten over te slaan, je zou er ziek van worden. Toch handelt het boek niet alleen over kommer en kwel, er is zeker aandacht, hier en daar, voor humor. Zo is er het verhaal over de Seideravond tijdens welke de deurwaarder aanbelt en de kinderen veronderstellen dat het de langverwachte Messias is. Tenslotte is er toch een Happy end. Er komt een aardige man opdagen die op zoek is naar aandacht en onderkomen en die een begenadigd concertpianist blijkt te zijn. Gary Goldschneider heet de nieuwe echtgenoot waarmee Berthe beurtelings in Frankrijk en in Nederland woont.