Nostalgie is door een getinte lens naar het verleden kijken, waarbij vreugde om het voorbije wordt gecombineerd met verdriet omdat het verleden voor altijd onbereikbaar is. Een gerelateerd begrip is heimwee, waarbij, zoals bekend, de herinneringen aan een gekoesterde plaats iemand doen verlangen daar weer te zijn. In De ontheemden van de Frans-Libanese schrijver Amin Maalouf (1949) is van beide sprake, maar meer van nostalgie dan van heimwee, het is eerder de verwijdering in tijd dan die in plaats die het boek domineert. De roman gaat over de herinneringen aan een vriendengroep van intellectuele studenten uit Libanon die uit elkaar is gevallen en waarvan de leden deels zijn geëmigreerd naar andere werelddelen.
Hoofdpersonage is de historicus Adam, die bezig is met het schrijven van een biografie over Attila de Hun. Hij woont in Parijs met zijn vriendin Dolores. Omdat zijn voormalige vriend Mourad, met wie hij het contact heeft verbroken, op sterven ligt, keert hij op diens verzoek terug naar Libanon. Bij aankomst is Mourad reeds overleden. Het boek gaat verder over de ervaringen van Adam gedurende twee weken in zijn moederland en vooral over de pogingen om een reünie te organiseren van de oude vrienden, dit op verzoek van de weduwe van Mourad.
De vriendengroep was samengesteld uit mensen met christelijke, islamitische en joodse achtergrond. Maalouf weet duidelijk te maken dat het een bijzondere groep jonge mensen was, vol idealisme. De auteur toont hoe ontwrichtend oorlogen kunnen zijn, hoe politiek en religieus conflict de levens van mensen kunnen bepalen. De diverse oorlogen in Libanon speelden een rol in de wens van de vrienden om hun land te verlaten.
Adam is als historicus vooral geboeid door het verleden. Hij schrijft over zijn ervaringen in zijn moederland: ‘Ik wil niets leren, niets opnieuw leren, niets ontdekken. Ik probeer alleen maar terug te vinden wat me al vertrouwd was. Ja, ik ben op zoek naar overblijfselen, naar sporen, naar wat nog rest. Alles wat nieuw is zie ik als een misplaatste inmenging in mijn droom, als een aantasting van mijn herinnering en als iets hinderlijks.’ (p. 295) In zijn persoonlijke herinneringen is Adam eerder nostalgisch dan historisch wetenschappelijk. Hij idealiseert zijn verleden. Nostalgie verschilt onder meer van geschiedschrijving doordat de emotie de ratio overschaduwt. Het is gevoelde geschiedenis.
Het boek toont ook zeer duidelijk de schaduwzijden van het Libanese verleden. Een van de vrienden, Bilal, is in de strijd gesneuveld. Hij wilde in navolging van Orwell, Hemingway en Malraux in de oorlog inspiratie opdoen voor zijn schrijverschap. Maar: ‘We zijn hier niet in Spanje in de jaren dertig. Toen vochten de mannen voor idealen. Diegenen die bij ons de wapens opnemen zijn gewoon de smeerlappen van de buurt. Ze paraderen rond, ze roven, ze plunderen, ze zitten in de zwarte handel,’ (p. 169) vertelt de voormalige geliefde van Bilal. De ontheemden maakt duidelijk waarom diverse van de vrienden zich genoodzaakt voelden Libanon te verlaten, omdat zij er geen toekomst zagen.
Maalouf stelt thema’s als multiculturalisme, vriendschap en ontwrichtend conflict aan de orde in een prettige stijl. Het door Marianne Gossije uit het Frans vertaalde boek is goed gecomponeerd, waarbij een alwetende verteller wordt afgewisseld door de geschreven herinneringen van Adam in de ik-vorm, diens (e-mail) correspondentie en de door hem gevoerde gesprekken. Zo ontstaat een gevarieerd beeld van verloren vriendschap en van de boeiende levensgeschiedenissen van de verschillende personages: van een moslimfundamentalist tot een steenrrijke ingenieur die monnik werd. Deze personages hebben psychologische diepgang en Maalouf werkt hun interactie goed uit.
De ontheemden is een boek dat lezers verrijkt door inzicht te bieden in de herinneringen en levensfeiten van mensen uit andere culturen, die zeer wel mogelijk rijker zijn dan de eigen ervaringen. Ook mensen die weinig begrip kunnen opbrengen voor migranten en migrantenervaring zouden het moeten lezen en zich hiervoor openstellen.