Kerwin Duinmeijer werd vermoord (racisme), evenals Theo van Gogh (religieus fundamentalisme) en Pim Fortuyn (politiek extremisme, eco-terrorisme – maak er maar wat van). Daar valt veel over te zeggen, en dat doen we dan ook regelmatig. Sedar Socrates Soares werd in 2003 doodgeschoten omdat hij een sneeuwbal tegen een auto gooide. Daar is geen -isme voor. Na rumoer in de media en een stille tocht begon het grote zwijgen.
Alex Boogers maakte tien jaar na dato een boek over de dag van de moord op Sedar Soares. De familie (vooral zus Janet) verleende medewerking. Het werd de novelle Wanneer de mieren schreeuwen, en Boogers schreef hem ‘om zijn (=Sedar’s) geschiedenis te herhalen’. Een paar maanden lang was het boek gratis downloadbaar via Boogers’ weblog (www.alexboogers.nl/ebook/ ). Een schrijver op zoek naar lezers. Dat lijkt gelukt. We zijn nu meer dan 40.000 downloads verder, de papieren versie haalde inmiddels een tweede druk en de filmrechten zijn verkocht.
Onvermijdelijk einde
Sedar heet Socrates in het boek. De schrijver krijgt zijn verhaal te horen van taxichauffeur Gabriel – de neef van het slachtoffer, die in Socrates’ korte leven een informele vaderrol speelde. Gabriel draagt een hemd in knallende kleuren, maar lijkt gebroken door wat zijn neef ooit overkwam, en drinkt ’s ochtends soms een glaasje likeur om de dag aan te kunnen.
Tijdens een lange taxirit vertelt Gabriel Socrates’verhaal. Diens ouders kwamen uit Cabo Verde. Vader kreeg gedoe met de immigratiedienst, keerde terug en liet uiteindelijk niet meer van zich horen. Moeder werkte zich een slag in de rondte om van een probleemwijk naar een iets betere wijk te kunnen verhuizen. Alles om haar 3 kinderen weg te houden bij ‘het schorem’ dat de straat onveilig maakt. Socrates heeft alles mee, maar heeft daar niets aan. Hij doet het goed in MAVO 2 (maar zal zijn diploma nooit halen), wordt geselecteerd voor de jeugd van Feyenoord (maar zal dat nooit te weten komen), vindt een meisje leuk dat verliefd op hem is (maar dat zal nooit wat worden). En dan breekt een doodgewone winterse dag aan, inclusief een van die onvermijdelijke ruzies tussen Socrates en zijn zus, een terechtwijzing door neef en beschermengel Gabriel, en een potje sneeuwballen gooien met vrienden, in afwachting van de metro. De spanning in het boek zit in de strakke opbouw op weg naar een onvermijdelijk einde – zoals je weet vanaf het begin.
Boogers schrijft zorgvuldig, strakke zinnen. Onderkoeld, om een teveel aan sentiment en symboliek de pas af te snijden. Dat lukt niet altijd en dat is jammer. Een strenge eindredactie had een beter boek opgeleverd. Zonder plotseling verslappende zinnen, die soms bezwijken onder een poging tot veelzeggendheid. Zoals ‘De taxi is mijn venster. Ik zie het leven van gelukkige mensen en rij er in hoge snelheid aan voorbij.’ Of over … ‘een zwijgzame vader, die zijn gezondheid verloor aan de levenloze grond van zijn geliefde Santiago, die hij elke dag opnieuw bewerkte, terwijl hij hoopvol opkeek naar de zon, zijn ogen toekneep, en geloofde in een beter leven’. Of een passage als: ‘Hij maakte een spoor dat van zijn vrienden vandaan liep. Dat overal vandaan liep.’
Praatjesmaker
Dat neemt niet weg dat Wanneer de mieren schreeuwen hecht is gecomponeerd. Het verhaal van Socrates is ingebed in het verhaal van neef Gabriel en wordt doorgegeven door de ik-figuur die samen lijkt te vallen met de auteur: ex-kickbokser, schrijver en ‘motivational speaker’ – een praatjesmaker, volgens Gabriel. Die ik-figuur heeft de taxi genomen om een lezing te geven voor studenten. Over dat je alles kan als je maar wilt en stug volhoudt. Over talenten en dromen die niets waard zijn als je er niets mee doet. Maar in plaats daarvan vertelt hij de studenten het verhaal van Socrates: over de ouders die bereid zijn alles te verliezen, om het elders beter te hebben. Over de moeder die haar man verliest, en de vader die vrouw en kinderen verlaat en achter de horizon verdwijnt. Over Socrates met zijn dromen, talenten, onhandigheid en stoerdoenerij. En over de kogel die dat allemaal uitwist. Niet over zelfverwerkelijking, maar over kwetsbaarheid en verlies. Niet over drugs of gangsta-glamour, maar over een puber die doet of hij niet verliefd is. En die een sneeuwbal gooit.
Boogers pleit niet voor of tegen krachtwijken, blauw op straat, integratie of participatie. Geen pamflettisme. Hij doet wat hij op zijn weblog beloofde: hij herhaalt uit alle macht de geschiedenis van Sedar Soares. Die verdient het gelezen te worden.