‘Het verlangen naar een vruchtbare vallei in het noorden was lang geleden geboren nadat het volk, toen nog als Khoisan bekend, door blanke mannen met vuurwapens was verdreven uit de Kaap – daar waar Afrika ten einde gaat, daar waar ze sinds heugenis als nomaden hadden geleefd. Hun eerste trektocht, meer een vlucht, voerde hen met hun kuddes dwars door de Noordelijke Kaap, om pas maanden later vlak onder de Oranjerivier tot stilstand te komen. In de rustplaats, die de naam Pella droeg, werd in 1825 Hendrik geboren en daar waakte hij als herdersjongen over de geiten van het volk. De familieclans, die zich allen Witboois noemden omdat ze grootvader Kido Witbooi als kapitein erkenden, rustten vele jaren uit, totdat Kido opnieuw aandrang voelde met het volk verder te trekken. Er waren opnieuw en steeds vaker blanke mannen in de buurt gesignaleerd, met modernere vuurwapens dan voorheen.’
Die blanke mannen zijn Duitsers die in 1884 het huidige Namibie willen bezetten. In 1904 weet de tachtigjarige Hendrik Witbooi alle Afrikaanse stammen te verenigen. Hij zal de geschiedenis in gaan als een van de grootste vrijheidsstrijders die Afrika heeft gekend. Conny Braam schreef deze heroïsche geschiedenis – kijkend door de ogen van Hendrik Witbooi, die vele honderden brieven in het Kaap-Hollands naliet.
Met overzichtskaartje!