‘Eerst dit en dan dat’
Allebei de schoenen?
Een schoen doe je uit
als een vrouw bij je op bezoek komt
en je niet met haar wilt trouwen.
Eerst stilte, dan uitleg;
eerst duidelijk, dan verbazend;
eerst de rechterschoen, dan de linkerschoen,
dan de linkersok, dan de rechtersok.
Is er iemand die daarover geen gedicht zou willen schrijven?
Er is nog iets wat ik niet moet vergeten te doen, maar ik hoef er nu niet aan te denken.
Een kenmerkend gedicht van Nachoem M. Wijnberg (1961) die vandaag te horen kreeg dat hem de P.C. Hooft-prijs – belangrijkste literaire oeuvreprijs van Nederland – werd toegekend. De prijs, vernoemd naar de Nederlandse dichter en toneelschrijver Pieter Corneliszoon Hooft (1581- 1647), werd toegekend door het bestuur van de Stichting voor Letterkunde voor zijn poëzie-oeuvre.
Kenmerkend in bovenstaand gedicht van Wijnberg is de speelsheid en het afvragen, waardoor je als lezer nooit weet welke kant je op moet kijken. En dan die oproep aan het einde met als laatste de raadselachtige strofe: Er is nog iets wat ik niet moet vergeten te doen, maar ik hoef er nu niet aan te denken. Waardoor de nieuwsgierigheid gewekt is en het gedicht nog eens gelezen wordt om te ontdekken dat de raadselachtigheid vergroot wordt.
Nachoem Wijnberg debuteerde met De simulatie van de schepping (1989), waarna hij een indrukwekkend oeuvre opbouwde waarvoor hij geregeld prijzen ontving, waaronder de Herman Gorter-prijs voor Geschenken in 1997, de Jan Campertprijs voor Eerst dit dan dat in 2005 en de VSB Poëzieprijs voor Het leven van in 2009. Hij schreef ook enkele romans, maar bovenal is hij dichter. Zijn laatste bundel Voor jou, van jou verscheen onlangs bij Atlas/Contact.
Ondanks de vele prijzen werd zijn poëzie niet altijd begrepen. Door veel critici werd zijn werk als onbenaderbaar ervaren. Zo liet Erik Menkveld (1959-2014) in de Volkskrant van 23 okt. 2009 weten: ‘Er is studie en doorzettingsvermogen nodig om zijn werk (…) te doorgronden, iets waar lang niet alle lezers zin in zullen hebben.’ En Arie van den Berg wist in het NRC, 20 jan. 2012, de poëzie van Wijnberg als volgt te omschrijven: ‘De poëzie van Nachoem Wijnberg is zo helder als kraanwater, en toch volslagen raadselachtig’.
De jury – bestaande uit Remco Ekkers, Maria Barnas, Ellen Deckwitz, Jos Joosten en Anne Vegter – is van mening dat met het lezen van Wijnbergs poëzie er een gebied van scherpzinnig denken betreden wordt; ‘met een taal die loepzuiver is en gevaarlijk: overal kan een val zijn uitgezet, waardoor wat net gelezen is opeens in een ander daglicht komt te staan. Kenmerkend voor alle gedichten is de meerledigheid waarmee de dichter zijn wereld beziet.’
Wijnbergs werk werd vertaald in het Engels, Duits en Italiaans. Een vertaling van Van groot belang (2016) verschijnt in 2018 in de Verenigde Staten.
De P.C. Hooft-prijs wordt jaarlijks toegekend voor afwisselend proza, poëzie en essays. In deze laatste categorie kreeg Bas Heijne in december 2016 de P.C. Hooft-prijs toegekend. Eerdere laureaten in het genre poëzie waren onder meer Anneke Brassinga (2015), Tonnus Oosterhoff (2012) en Hans Verhagen (2009).
Nachoem M. Wijnberg zal op 24 mei 2018 de prijs ontvangen in het Literatuurmuseum in Den Haag. Aan de prijs is een geldbedrag van 60.000 euro verbonden.
Foto: Merlijn Doomernik