Het was een uitzonderlijk drukke en vreemde maand geweest. We hadden juichend een nieuw mens verwelkomd, we hadden huilend een ander moeten laten gaan. Het was dan ook niet verwonderlijk dat mijn ogen langzaam dichtvielen toen ik aan tafel zat te lezen. Toen ik ze weer opendeed, lag ik languit op de bank, waren boek en bril op de grond gegleden, en de rode jurk die ik gedragen had, was vervangen door een zwarte. Nu ben ik al heel lang een hardnekkig slaapwandelaar en heb ik vaker rare dingen gedaan als ik ’s nachts rondspookte, maar was ik werkelijk naar boven gegaan om me om te kleden in mijn slaap? En waarom? Volgens een artikel uit 2017 in de Libelle zou zwarte kleding geassocieerd worden met zelfverzekerdheid, aantrekkelijkheid en intelligentie; rode jurken daarentegen met arrogantie en een gebrek aan intelligentie. Wat mijn activiteiten tijdens het slaapwandelen betrof, wilde ik liever geen conclusies verbinden aan deze informatie; ik kon beter van lectuur veranderen dan van kleding.
Ik raapte Orlando van Virginia Woolf op, dat ik aan het lezen was, maar daar kon het niet aan liggen: ik was niet van geslacht veranderd, alleen van jurk. Ik dacht aan jurken en kleuren, aan betekenis en symboliek, aan Roodkapje, aan Medea, die de trouwjurk van haar rivale Glauke in brand zette. Ik dacht aan Le rouge et le noir van Stendhal, aan het meisje in de rode jas dat als een brandpunt in de zwart-wit film Schindler’s list verschijnt tijdens een razzia in het Poolse Krakow en wier rode jas later op een kar te zien is tussen de opgestapelde doden. Ook dacht ik aan ‘scharlaken zonden die wit als sneeuw zouden worden, al waren zij rood als karmozijn’. Maar het hielp niet.
Ik heb nooit een bevredigende verklaring gevonden, totdat ik later een gedicht van Anne Vegter tegenkwam, waaruit duidelijk bleek dat het aan de jurk zelf lag.
‘Showen en trippen’
Er is zielsveel geluk nodig in deze jurk met vertedering naar buren
te kijken die rond middernacht hun afvalzak in een container doen.
Er is zielsveel geluk nodig in deze jurk een taxi aan te houden die onwillig is
je tot buiten de stad te rijden waar loofwoud staat dat zich voortplant.
Er is zielsveel geluk nodig in deze jurk geluid te maken dat dieren overstemt
om aandacht te vangen van een geschminkte koningin.
Er is zielsveel geluk nodig deze jurk dronken en klaarwakker naar een show
te brengen, blind een deur te vinden waardoor je het toneel verlaat.
Er is zielsveel geluk nodig in deze jurk iets te slikken, een ballonvaart
te maken en op het mozaïek van je land neer te kijken als een slome astronaut.
Er is zielsveel geluk nodig in stralend weer voorzichtig te verongelukken.
Stemmen schreeuwen zeggen wade in plaats van jurk.
Vegter vertelt nergens welke kleur de jurk had. En een wade is wit. Maar ik ben een beetje huiverig geworden voor jurken van welke kleur dan ook. Voorlopig trek ik maar een oude spijkerbroek aan, altijd goed.
Gedicht uit: Spamfighter / Anne Vegter / Querido (2007)