‘Dat dit het begin was van iets,’ zo heet het kort verhaal waarmee Niña Weijers in 2010 de schrijfwedstrijd Write Now! won, een wedstrijd die ik een jaar later zou winnen en waarvan de hoofdprijs recent is toebedeeld aan de zeer getalenteerde Roos Vlogman. De organisatie van Write Now! heeft al jaren de traditie om een zinsnede uit het werk van de voorgaande winnaar te gebruiken voor de campagne van het daaropvolgende jaar. Van Weijers gebruikten ze die prachtige titel, uit mijn eigen verhaal de slotwoorden: ‘Ook olifanten moeten door.’ Alleen al voor die zinnen is het leuk om de wedstrijd te volgen, want wat gebruiken ze volgend jaar van Vlogman?

Ik volg veel jonge schrijvers – niet alleen voor De Optimist, waar ik in de redactie zit en met vrolijke nieuwsgierigheid de kopij doorneem voor de volgende vergadering, elke eerste dag van de nieuwe maand – maar ook voor mezelf. Er zijn heel veel mensen die schrijven of willen schrijven, je zou er vermoeid van kunnen raken. Meestal ervaar ik het als iets positiefs, er zijn immers ook een heleboel verhalen te vertellen.
Als de vogel door het glas vliegt is het afstudeerwerk van, Artez-student en Kunstbende-winnares Jante Wortel, een novelle waarin veel te genieten valt maar waar ook het een en ander op aan te merken is. In het beste geval zie je in zo’n afstudeerwerk potentie, kiemen voor meer. Het hoeft allemaal nog niet perfect te zijn want het is het begin. En al die kiemen zijn bij Wortel aanwezig. Hoort haar novelle al in de winkels te liggen? Dat weet ik niet.

Toen ik Write Now! won had ik nog geen roman klaar, de uitgeversaanbiedingen die ik kreeg, verwarden me. Groei was wat ik zocht en ik eiste mijn tijd op met als risico dat de op dat moment geïnteresseerde partijen zouden afhaken (sommige deden dat inderdaad). Het manuscript waarmee ik uiteindelijk afstudeerde aan de Schrijversvakschool was nog slechts het begin van een roman die, zes jaar later, zou eindigen in wat er nu in de winkels ligt: naar mijn het idee het beste wat ik op dat moment kon.
Inmiddels wordt er continu gevraagd naar mijn volgende stap. Wanneer komt die verhalenbundel (zodra die af is), ben ik bezig aan een nieuwe roman (misschien), schrijf ik eigenlijk ook poëzie (nee) – dit allemaal terwijl voor mijn gevoel Probeer om te keren gisteren pas uitkwam.

Ondertussen drink ik koffie met Max Urai. Net als Elske Kemps en Jante Wortel is Urai pas afgestudeerd aan Artez, ook zijn inkt is net droog. Toch val ik direct in de bekende kuil en vraag hem naar zijn plannen.
We krijgen weinig tijd om op adem te komen, misschien omdat we met zoveel zijn. Vlogman, Wortel, Kemps, Urai en nog zoveel anderen zijn de schrijvers van morgen, getalenteerde jongeren die schrijven en lezen serieus nemen, nieuwsgierig zijn. Haast hoeven ze wat mij betreft niet te hebben. Ze zijn net afgestudeerd en dat is waar het om gaat: dat dit het begin is van iets.

Om Literair Nederland draaiende te houden, zijn wij afhankelijk van vrijwillige bijdragen. U kunt ons steunen via de rode knop. Waarvoor onze hartelijke dank!

Meer van MArijn SIkken: