“Dit is mooi, dit boek moet je lezen”
De man die als enige en nooit aflatende taak in zijn leven het verspreiden van literatuur leek te hebben, is gistermorgen op 57-jarige leeftijd door zelfdoding overleden. Een groot verlies voor de Nederlandse literaire wereld. Daar waar de Nederlandse literatuur zich manifesteerde, was Wim Brands aanwezig. Als interviewer kon hij wat stijfjes overkomen maar zijn vraagstelling was dermate goed dat de geïnterviewde schrijver op zo’n wijze aan het woord kwam dat ze voor dat moment schitterden en het besproken boek de urgentie verleende gelezen te moeten worden. Deze boeken hadden geen DWDD stickers nodig om het publiek te bereiken. Mensen aan het lezen te krijgen, ze te laten bewegen in de stilte, of bewegingen stil te leggen door de literatuur, dat was zijn missie.
Wim Brands, geboren in Brummen een kleine gemeente bij Zutphen, vertrok op negentienjarige leeftijd naar Amsterdam en bezocht de school voor de Journalistiek. In de jaren tachtig werd Brands vooral bekend met zijn vele radio uitzendingen bij de VPRO op het gebied van filosofie en literatuur en waar hij samen met Wim Noordhoek de bedenker werd van het programma De Avonden. Later maakte hij wekelijks op Radio 1, op de vrijdagavond het interviewprogramma Brands met Boeken. In 2005 verscheen hij met dit programma op tv. In 2013 maakte hij het programma Boeken op reis met Wim Brands waarin hij op reis ging naar zes internationaal bekende schrijvers als, David Grossman, Annie Proulx, Lionel Shriver en Karl Ove Knausgard, wat prachtige en inspirerende schrijversportretten opleverde. Tussendoor interviewde hij schrijvers op literaire festivals als Winternachten, Crossing Border en Nacht van de Poëzie en verzorgde hij interviews voor de humanistische beweging Human, waarvoor hij in de zomer van 2014 twee gesprekken voerde met de filosoof René Gude (1957-2015). Diepgaande gesprekken over, ‘Wat wil je nalaten aan je nabestaanden?’ en Waar gaat het om in het leven?’
Vorig jaar verscheen van hem de samenstelling De Nederlandse Literatuur van de 21ste eeuw, zestig schrijvers waarvan Brands zegt, ‘Dit moet je lezen’, in samenwerking met zijn dochter Nikki. Het was niet zijn idee een bloemlezing van de debuut romans van Nederlandstalige schrijvers samen te stellen. Hij was er eigenlijk wars van, het risico iemand te vergeten was groot. Dat had hij al eens ervaren toen de Volkskrant hem vroeg jaarlijks een lijstje samen te stellen van de beste jonge schrijvers van dat moment. Schrijvers die er toe doen. Hij heeft het één keer gedaan en toen nooit meer. Die ene keer was hij vergeten Gustaaf Peek te vermelden terwijl hij wist dat dit een van de belangrijkste nieuwe schrijvers was. Hij probeerde hem er nadien nog bij te krijgen, op die lijst. Maar het bleek dat Peek niet meetelde, hij was alweer te oud. En daar hield het voor Brands ook op, voor hem was goede en belangwekkende literatuur leeftijdloos. Het kan niet onvermeld blijven dat hij met deze bloemlezing een aanzet heeft gegeven tot de vorming van een canon van de Nederlandstalige literatuur van de 21ste eeuw.
Als dichter debuteerde Wim Brands in 1978 in Hollands Maandblad, toen nog onder redactie van K.L. Poll. De volgend anekdote vertelde Brands tijdens een interview, waarbij hij voor de verandering geïnterviewd werd door Kees ’t Hart, hoe hij dichter werd.
Toen hij zijn eerste gedicht geschreven had fietste hij met dat gedicht in zijn zak van Brummen naar Zutphen alwaar een vriend van hem, die de eigenlijke dichter was, in een toren woonde. Hij klopte aan en vroeg aan de vriend die in de deuropening verscheen, wat hij ermee kon doen. De dichter sprak: ‘Je stuurt het op naar een literair tijdschrift en dan krijg je het terug.’ Hij stuurde het gedicht op en het werd geplaatst. Zo werd zijn leven bepaald en werd hij dichter.
Hij publiceerde de volgend bundels: Inslag (1985) / Koningen de gehavenden (1990) / Zwemmen in de nacht (1995) / In de metro (1997) / De schoenen van de buurman (1999) / Ruimtevaart (2005) / Neem me mee zij de hond (2010) / ’s Middags zwem ik in de Noordzee (2014)
Bij dit alles was hij poëzie docent aan de Schrijversvakschool en Rietveld Academie in Amsterdam, publiceerde hij geregeld poëzie in literaire tijdschriften en was voorzitter van literair tijdschrift Terras.
In de literaire wereld heeft zijn onverwacht overlijden een grote schok teweeg gebracht.