De vaderlandse geschiedenis is hip. Tenminste deze conclusie valt te trekken als je kijkt naar de populariteit van boeken die de laatste jaren over onze eigen geschiedenis zijn geschreven. Maar ook tv-series als De troon getuigen van de opbloeiende interesse in de Nederlandse geschiedenis. Perfect passend in deze ontwikkeling is het nieuwste boek De heldeninspecteur van Atte Jongstra, waarin de onafhankelijkheidsoorlog tussen Nederland en België centraal staat.
Een bewust keuze van Jongstra was het meedoen aan deze trend echter waarschijnlijk niet. Want hoewel de thematiek perfect in het straatje lijkt te passen, is de uitwerking ervan dat zeker niet. De heldeninspecteur is geen populair, luchtig geschreven boek maar een loodzware historische roman waarin Jongstra nauwgezet verslag doet van de strijd die uiteindelijk zou resulteren in een onafhankelijk België.
Maar zover is het nog lang niet. De opstand van de Belgen die onafhankelijk eisen, is pas recent uitgebroken als Junius, de hoofdpersoon, aankomt in Brussel nadat hij is vertrokken uit Parijs. Junius, die de revolutie mis is gelopen in Parijs vanwege een verhouding met een eenzame weduwe die hem aan het bed gekluisterd hield, hoopt op een herkansing in Brussel. Want Junius is zijn verveelde leven beu en verlangt naar actie.
Naar de reden van deze zucht naar avontuur blijft het gissen. Net als naar Junius zijn overige drijfveren trouwens. Jongstra vond het blijkbaar niet nodig om de lezer de kans te geven in de huid te kruipen van Junius. Normaal gesproken onvergeeflijk, maar wellicht moet er van de roman ook niet meer gemaakt worden dan het is: een reconstructie van de oorlog zoals die plaatshad. Jongstra laat in elk geval niets anders doorschemeren.
Brussel blijkt dit de perfecte plek te zijn voor de spanningzoeker Junius. Eerst beleeft hij met het hoertje Veerle een aantal onstuimige dagen. En als de sluimerende onrust onder de bevolking escaleert in een bloedige opstand, is Junius uiteraard als eerste ter plekke. Ondertussen is koning Willem niet erg van de opstand onder de indruk. Tegen alle voorbodes van een naderende oorlog in, verwacht Willem dat het allemaal niet zo’n vaart zal lopen. Maar als de onlusten ook in andere delen van België losbarsten, kan hij er niet meer onderuit om maatregelen te nemen. Onder leiding van prins Willem en diens broer Frederik rukt het Hollandse leger op richting de hoofdstad. De Kielen, zoals de bijnaam van de Belgische opstandelingen luidt, zijn echter niet van plan om te strijd te staken en de opstand gaat onverminderd voort.
Junius heeft inmiddels Brussel verlaten en doelloos reist hij door het in chaos verkerende België terwijl hij ondertussen Veerle probeert te vergeten. Ondanks zijn pogingen blijft Veerle hem achtervolgen in zijn dromen. Maar dan kruist prins Frederik zijn pad en neemt het leven van Junius een compleet andere wending: hij wordt door de prins persoonlijk benoemd als heldeninspecteur. Het is aan hem om te bepalen wie een held is en wie niet. En deze taak neemt Junius uiterst serieus.
Opnieuw reist Junius door België. Trekkend van de ene naar de andere uit het gehele land toegestroomde legerdivisies hoopt hij uit eerste hand mogelijke heldendaden te vernemen. Maar tot grote ergernis van Junius en de soldaten gebeurt er vooralsnog weinig. Want het is wachten op het koninklijk bevel om ten strijde te trekken. Uiteindelijk komt dit er en de tiendaagse veldtocht is een feit.
Afgerukte ledematen, uitpuilende darmen die uit aan flarden geschoten lichamen bungelen, niets wordt de lezer bespaart tijdens het minutieuze verslag van de veldslagen die volgen. Dat oorlog met bloedvergieten gepaard gaat, hoeven we Jongstra niet te vertellen. Met bijna overdreven plezier beschrijft hij de meest bloederige taferelen. Toch is er van afschuw nauwelijks sprake. Net als Junius, die met een stoïcijnse houding de gruwelen om hen heen bekijkt, kan de lezer niet anders doen dan de schouders ophalen bij de zoveelste dode.
Het is Jongstra’s verheven manier van schrijven die hiervoor als schuldige aangewezen kan worden. Zijn uitgesproken stijl houdt het midden tussen klassiek en bombastisch. Moeilijke woorden en zinsconstructies schuwt Jongstra evenmin. De heldeninspecteur kan met recht een boek een uniek boek genoemd worden. Al was het alleen maar omdat de roman ook honderd jaar geleden geschreven had kunnen zijn. Zelfs de opbouw van het boek, welke begint met de op de Middeleeuwse werken geïnspireerde ‘natureingang’, laat zien dat het geen moderne roman betreft. Voor de liefhebber een belevenis, maar velen zullen hier de charme niet van inzien.
Maar niet getreurd. Want ook deze laatste groep kan prima terecht bij De heldeninspecteur.
Aan het einde van het verhaal komen de hoogtepunten van de roman nogmaals voorbij. Alleen nu zonder de hoogdravende woorden van Jongstra maar in afbeeldingen van oude prenten en schilderijen.
De heldeninspecteur
Auteur: Atte Jongstra
Verschenen bij: De Arbeiderspers
€ 24,95