In de film Sous le sable van de Franse regisseur François Ozon, blijft een weduwe praten tegen haar in zee verdronken man, alsof hij er nog steeds is. Pas als deze fase van praten voorbij is, realiseert ze zich dat haar man dood is en kan ze aan het rouwproces beginnen.
In de tweede roman van de Amsterdamse schrijver Arnout ter Haar, Lichtjaar, gebeurt iets vergelijkbaars, maar dan omgekeerd. Hier gaat Derk, wiens vriend Paul al vijftien jaar verdwenen is, weer praten met Paul alsof hij nog leeft. Hij sluit zichzelf volledig af van het normale leven en brengt zijn dagen in eenzaamheid door in een (vakantie)huis op Texel. Ter Haar debuteerde in 2000 met de roman Brak, waarin de 18-jarige hoofdpersoon René, seks heeft met zijn vader als ultieme vraag om aandacht, wat uiteindelijk tot een crisis en eenzaamheid leidt. Brak werd redelijk ontvangen maar tot veel interesse voor zijn opvolger heeft dat niet geleid: Lichtjaar is amper opgemerkt. Misschien is het adagium dat goede literatuur vooral te herkennen is aan de originele stijl daar debet aan: Ter Haars stijl is weinig bijzonder. Zijn zinnen zijn vaak slechts registrerend en zijn dialogen hebben af en toe iets onbeholpens en ongeloofwaardigs. Toch maken verhaal, structuur en betekenis het boek zeer de moeite waard.
Lichtjaar gaat over een jaar waarin cruciale gebeurtenissen plaatsvinden voor de hoofdpersonen Derk en Paul. De actuele verhaallijn volgt Derk en zijn vrienden, vijftien jaar na de verdwijning van Paul, tijdens hun vakanties op Texel. Daartussendoor staan in cursief de dagboekaantekeningen van Paul, het jaar tot zijn verdwijning. Pauls gedachten over weg willen, verlangen naar een ander leven, op zoek naar passie en creativiteit worden authentiek en krachtig weergegeven. Het zou kunnen dat die onbeholpen dialogen in de actuele verhaallijn juist bedoeld zijn om te verduidelijken hoe veel moeite het de andere personages kost te leven met het gemis. Als lezer ben je de enige die ziet hoe tegengesteld Derk en Paul eigenlijk waren. Derk heeft dat in hun relatie nooit echt gemerkt maar Paul cultiveert die tegenstelling in zijn dagboek. Ze raken, om met de titel te spreken, lichtjaren verwijderd van elkaar. Het is pijnlijk te lezen dat Paul steeds verder afdrijft van Derk, terwijl Derk vijftien jaar later een tegengestelde beweging maakt en zich bijna vereenzelvigt met Paul. Het blijkt dat Derks rouwproces eigenlijk nooit heeft plaatsgevonden: hij groeit in dat jaar meer en meer naar de dode Paul toe.
Lichtjaar heeft als motto een citaat uit To the Lighthouse van Virginia Woolf. Ook de symbolische betekenis van de vuurtoren verwijst naar Woolfs roman, in Lichtjaar vaak ‘Licht van Troost’ genoemd. Er wordt gezegd dat Woolf met To the Lighthouse afscheid probeerde te nemen van haar ouders, wier dood zij door haar onvermogen tot rouwen niet goed had kunnen verwerken. Lichtjaar toont op een prachtig beklemmende manier aan hoe zoiets kan gaan.