Mark Z. Danielewski, die in 2000 debuteerde met het verpletterende House of Leaves (vertaald in het Nederlands als Het kaartenhuis, Cargo, Amsterdam, 2001), bracht onlangs bij De Bezige Bij de novelle Het Vijftig Jaars Zwaard uit. Opnieuw speelt Danielewski met het principe van de verteller, de verzamelaar van getuigenissen. Een rol die hij zelf opneemt: ‘de schrijver die buitendien, laat dat duidelijk zijn, niets anders heeft gedaan dan deze verzamelde en hervertelde stukjes samenlengen’. De stukjes, verzameld en herverteld, komen van vijf personages, elk met een eigen stem (in het boek voorgesteld door aanhalingstekens in vijf verschillende kleuren) en een gezamenlijke geschiedenis, en reconstrueren de gebeurtenissen van een oktoberavond in Oost-Texas.
De wat schuchtere naaister Chintana wordt door de 112-jarige Mose Deteldon uitgenodigd voor een bijeenkomst. Een uitnodiging die ze na lang aarzelen aanvaardt. Bij aankomst blijkt ook Belinda Snaai aanwezig te zijn, de vrouw die Chintana’s man Pravat had verleid en zo de oorzaak was van hun scheiding. Bovendien blijkt de bijeenkomst op Mose Deteldons ranch niets anders te zijn dan het vijftigste verjaardagsfeestje van Belinda Snaai. De vijf weeskinderen Tarff, Ezade, Iniedia, Sithis en Micit – de vijf stemmen – doen echter in al hun speelsheid Chintana beslissen nog wat te blijven.
Als verrassing voor de kinderen (geen andere dan de vijf wezen) wordt die avond een verhalenverteller uitgenodigd. Wanneer die op een bepaald moment als ‘een schaduw geworpen door niets anders dan het donker zelf’ verschijnt, verandert de toon dramatisch: ‘Dit was niet de manier waarop zulke sprookjes voor vijf zulke wezen meestal begonnen’, denkt Chintana. Maar de dreiging die Chintana ervaart en alleen kan duiden als ‘verschrikkelijk’, lijkt niet alleen een gevolg te zijn van de duistere verschijning van de verhalenverteller; ook iets heel anders legt die dreiging op: ‘de kist die hij droeg. Een smal ding met hoeken van zwart, twee meter lang, minstens, met een okergeel koord als handvat boven het curieuze opschrift: H50JZ.’ Het doet haar echter niet meteen opveren en ingrijpen: ‘Chintana kon geen wijs meer uit waarschuwingen’.
De Verhalen Verteller wikkelt het relaas af van een zoektocht, de zoektocht naar een wapen, even zwart als zijn hart, dat alles in één klap in tweeën splijt. ‘Omdat jullie jong zijn zal ik vertellen dat ik op zoek ging naar een wapen. Maar ook omdat jullie jong zijn zal ik niet vertellen waarom ik op zoek ging naar zo’n wapen’. De reis leidt hem door het Stormloopdal, het Woud van Node en de Berg van Vele Leid Paden, tot bij De Man Zonder Armen. Het wapen dat hij daar vindt, of dat hem daar vindt, is Het Vijftig Jaars Zwaard. En het zal doden, ‘Over een halve eeuw. Van geboorte tot laatste seconde van het Vijftigste Jaar.’
Het Vijftig Jaars Zwaard wordt overheerst door de suggestie. Het relaas van de Verhalen Verteller – die niet de verhalenverteller is die werd uitgenodigd – verbindt elementen die zich buiten het verhaal bevinden met het vertelde, spreekt de personages op zo’n dwingende manier aan, dat de reden ervoor alleen kan worden gezocht in de aanwezigheid van die specifieke toehoorders. Of zoals Mark Danielewski in zijn inleidende pagina zegt: ‘Misschien omdat de geschiedenis van elk spookverhaal op zich al een spookverhaal is, dus een heel ander verhaal […]’. Vooral Chintana probeert de woorden van de Verhalen Verteller te stelpen, onder controle te krijgen, tevergeefs want ‘zo achteloos geuit, zo makkelijk open en blootgelegd’. Niet alleen in het vertelde spookverhaal ontwikkelt zich een sfeer van veranderlijkheid in woorden en beschrijvingen – zo worden het Stormloopdal, het Woud van Node en de Berg van Vele Leid Paden op een bepaald moment omschreven als het Stroomloop Dal, het Woud van Vallende Noten en de Berg van Velerlei Paden –; ook de personages zelf vertonen verschuivingen (te wijten aan de verzamelaar-verteller Danielewski?): schijnbaar achteloos heet Chintana plots Chantana. De veranderende namen veroorzaken of beschrijven een wisselende identiteit; naarmate het verhaal zich afwikkelt komen banden tussen de personages bloot te liggen, en dringt de fictie van het spookverhaal binnen in de oktoberavond op Mose Deteldons ranch. ‘[H]ij had hen erbij betrokken, sterker nog, nu waren zij mede – verantwoordelijk.’ De ‘Meer is er niet’die de Verhalen Verteller uitspreekt aan het einde van zijn verhaal, kan daarom niet definitief zijn voor de wereld buiten het verhaal…
Het Vijftig Jaars Zwaard is exclusief (in het Nederlands en het Engels) verschenen bij De Bezige Bij en werd voorzien van tekeningen door Peter van Sambeek.