Nederlandse lezers zullen het nauwelijks kunnen voorstellen, maar er is een tijd geweest dat Tom Poes en Ollie B. Bommel nog niet bestonden. De schepper van dit legendarische tweetal, de schrijver en tekenaar Marten Toonder, werd immers pas in 1912 in Rotterdam geboren. Toen hij achttien jaar was, nam zijn vader, die scheepskapitein was, hem mee naar Zuid-Amerika, waar Toonder een tekenaar ontmoette, die betrokken was geweest bij het maken van de films van Walt Disney. Deze tekenaar leerde Toonder de techniek van het vervaardigen van stripverhalen en tekenfilms, waarbij gewoonlijk uitgegaan wordt van constructiefiguren, opgebouwd uit cirkels en ovalen.
Teruggekeerd in Nederland, werkte Toonder zeven jaar lang bij een tijdschriftenuitgeverij in Leiden. In die tijd begon hij een kleine, wollige poes te ontwerpen, die eerst eenvoudigweg De Poes heette en later de voornaam Tom kreeg, waarbij de naam van het bekende luchtige gebak als inspiratiebron zal hebben gediend. Na drie jaar verscheen het grotendeels uit cirkels opgetrokken dier voor het eerst in de openbaarheid, toen op 16 maart 1941 in de Telegraaf de eerste aflevering verscheen van de ‘Avonturen van Tom Poes’ met als ondertitel Tom Poes ontdekt het geheim der blauwe aarde. Opvallend was dat in dit avonturenverhaal de tekst onder de plaatjes was afgedrukt in tegenstelling tot het gebruikelijke stripverhaal. Toonders verhalen worden daarom meestal als beeldverhalen beschouwd.
In dit eerste verhaal was Ollie B. Bommel nog niet ten tonele verschenen. Deze heer van stand, die later zo’n belangrijke rol in het werk van Toonder zal spelen, duikt pas op in het derde verhaal, waar verteld wordt: ‘En net toen Tom Poes zover was met zijn overpeinzingen, zag hij bij een bocht van de weg iemand lopen. Een vreemde figuur was het, met een geruite jas aan en een leren tasje aan een riem over zijn schouder. Wel, dacht Tom Poes, dat moet een vreemdeling zijn! Iemand, die zulke grote ruiten op zijn jas draagt woont hier niet in de buurt! Wat zou die vreemdeling hier zoeken? Daar moet ik meer van weten!’
Ollie B. Bommel blijkt de zoon te zijn van een rijke oliebaron uit Amerika, die in de omgeving van het stadje Rommeldam in het slot Bommelstein woont. Hij is buitengewoon overtuigd van zijn eigen waardigheid, maar deze overtuiging wordt helaas niet gedeeld door de oude adel uit de buurt, vertegenwoordigd door de markies de Cantecler, die hem maar een vulgaire parvenu vindt.
In de meer dan tienduizend afleveringen van het beeldverhaal, waarin Tom Poes en heer Bommel sindsdien als een onafscheidelijk duo zijn opgetreden, speelt heer Bommel meestal de rol van een sympathieke, goedwillige blunderaar, terwijl de koele, slimme Tom Poes hem steeds weer uit de meest penibele situaties moet zien te redden. De verhalen zelf hebben daarbij een duidelijke ontwikkeling doorgemaakt. Waren de vroegste Tom Poes-verhalen vooral voor kinderen bedoeld, later richtte Marten Toonder zich ook tot oudere lezers. De sprookjessfeer bleef daarbij bewaard, maar er was nu tegelijkertijd sprake van een persiflage op onze maatschappij, waarin allerlei modieuze verschijnselen gretig op de korrel werden genomen. Prachtig wist Toonder hierbij sommige woorden en uitdrukkingen, die in bepaalde milieus gangbaar zijn, in zijn dialogen te verwerken, terwijl hij ook nieuwe woorden zoals minkukel en denkraam aan onze taalschat toevoegde.
Nadat zijn beeldverhalen een grote populariteit hadden bereikt, richtte Toonder een eigen studio op, waarna hijzelf in 1965 in Greystones in Ierland ging wonen. Zijn lezerskring groeide nog, toen zijn werk ook in boekvorm begon te verschijnen. Na de eerste verzameling van drie verhalen, die in 1967 onder de titel Als je begrijpt wat ik bedoel werd gepubliceerd, verschenen talloze bundels, waaronder Geld speelt geen rol (1968), Zoals mijn goede vader zei (1970), een groot denkraam (1972) en De geheimzinnige gaper (1977). Een bijzonder mooi uitgevoerde uitgave is Met uw welnemen (1973), waarin Toonders tekeningen, die in de krant altijd verkleind werden opgenomen, op ware grootte zijn afgedrukt.
In 1986 bleek heer Bommel ?na een langdurige romance!- plotseling in het huwelijk te zijn getreden met Doddeltje, waarna aan zijn avonturen een einde is gekomen.
mn